32

BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 28 | 2020 32 ESSAY CORONA ‘Verbondenheid en hoop stimuleren, is een ware kunst’ ANNIKA SMIT IS LECTOR WEERBAARHEID AAN DE POLITIEACADEMIE GEERT SMID IS PSYCHIATER EN BIJZONDER HOOGLERAAR BIJ ARQ NATIONAAL PSYCHOTRAUMA CENTRUM EN DE UNIVERSITEIT VOOR HUMANISTIEK BERTHOLD GERSONS IS EMERITUS HOOGLERAAR PSYCHIATRIE AMC AMSTERDAM EN VOORMALIG ADVISEUR VAN ARQ NATIONAAL PSYCHOTRAUMA C ENTRUM, ADVISEERDE DE OVERHEID BIJ MEERDERE RAMPEN IN NEDERLAND schade ondervinden van de ziekte. Zij vallen onder de zorg van gezondheidswerkers, die zelf hun eigen gezondheid riskeren. Directe nabestaanden zijn eveneens primaire slachtoffers. Hun familieleden zijn vaak in eenzaamheid gestorven zonder dat men afscheid kon nemen. Waarschijnlijk compliceert dit het rouwen. Deels geldt dit ook voor mensen die aan niet-corona gerelateerde ziektes zijn overleden. Behalve voor de primaire slachtoffers, komen de gevolgen voelbaar dichterbij voor hen die op iets meer afstand staan, wanneer een bekende aan het virus is overleden. Voor mensen op grotere afstand, verschillen de anonieme slachtoffers niet van andere ernstig zieken die sterven. Bij deze minder zichtbare ramp hoeven geen lichamen of delen daarvan te worden gezocht, er is geen rouwcolonne over de snelwegen. De maatregelen zijn vooral ontregelend. Zij willen hun bewegingsvrijheid terug en de economie op gang brengen. Sterker, er zijn mensen die juist lijden onder de effecten van de beperkende maatregelen op de economie. Mensen die hun werk en toekomstperspectief verliezen en daarmee in zekere zin ook direct slachtoffer worden van de pandemie. Slachtoffers komen in deze pandemie dus in heel verschillende soorten. Het wegnemen van de ziektedreiging is de belangrijkste sleutel om tegenstellingen en splijtingen in de samenleving te voorkómen Maar groepsimmuniteit en een vaccin laten nog op zich wachten. Hoe houdt een door een ramp getroffen samenleving dat vol? Internationale trauma-experts identificeerden naar aanleiding van de ‘9/11’-aanslagen in de Verenigde Staten (2001) vijf essentiële elementen. Ten eerste moet een gevoel van veiligheid worden hersteld. Controle is belangrijk en kan worden gestimuleerd door te adviseren afstand te bewaren en toenemende kennis over het virus te verspreiden. Het tweede element betreft kalmte bevorderen, zoals met uitleg van maatregelen door gezagsdragers en deskundigen. Het helpt als zij in hun uitleg stilstaan bij de gevolgen voor velen en oprecht medeleven tonen. Ten derde moet een gemeenschap effectief functioneren in de bestrijding van het gevaar en de dramatische gevolgen; en in het delen van de lasten en van het verdriet. Dit vraagt gemeenschapszin en is een lastige opgave, omdat economische belangen en virusbestrijding ogenschijnlijk tegenover elkaar lijken te staan. Verbondenheid is het vierde, hieraan gerelateerde, element: een samenleving die includeert en niet bepaalde groepen benadeelt of uitsluit. Het laatste element is hoop. Vooral in de desillusiefase liggen gevoelens van machteloosheid en moedeloosheid op de loer. Men moet perspectief zien. Politici en leidinggevenden kunnen dit bieden door de realiteit onder ogen te zien, te troosten en constructief te werken aan stapsgewijze oplossingen. AANDACHT, ROUW EN VERDRIET De Nederlandse overheid staat voor de grote uitdaging om doeltreffend op te treden en zonder paniek te zaaien of valse geruststelling te bieden de burgers op te roepen tot kalmte èn naleving van richtlijnen die enige veiligheid moeten geven. Maar daar houdt het dus niet op. Verbondenheid en hoop stimuleren, is een ware kunst. Zeker in een samenleving met zeer divers getroffen mensen. Solidariteit is nodig: het gevoel er samen voor te staan en het samen te dragen. Bij vorige rampen is dit vooral gelukt doordat leiders aandacht hielden voor getroffenen. Nu is het van belang dat men daarbij geen groepen vergeet. Om splijting in de samenleving te voorkómen, moet men desillusie tegenwicht bieden. Dat kan wanneer verdriet en rouw een plek krijgen en wanneer overheid en bedrijfsleven nadrukkelijk toekomstperspectief scheppen voor de economisch getroffenen. Herdenken zorgt tegelijkertijd voor het vasthouden van aandacht èn geeft een plek aan rouw. Maar hoe doe je dat tijdens een pandemie? Op korte termijn komt geen einde aan het sterven; normaal gesproken worden alle slachtoffers herdacht, als het gevaar is geweken. Met het aanhoudende risico van besmetting is dat nu anders. Bovendien gaat het niet (alleen) om herdenken van dodelijk getroffenen. Het is zaak om juist stil te staan bij de veelzijdigheid van getroffen zijn en verlies. De kunst kan helpen om vormen van bezinning te creëren die verschillende groepen samenbrengen, in plaats van spanningen op scherp te zetten. SOLIDARITEIT Ook de lokale gemeenschap kan desillusie tegengaan, door opvang en ondersteuning te bieden. Dit gebeurt door mensen die in een stad, wijk of buurt vanuit een centrale positie het belang van een gemeenschap dienen als autoriteit, geestelijke, wijkagent, buurtwerker, vrijwilliger en zo meer. Voorgaande rampen lieten zien dat alleen wanneer beduidend meer primaire slachtoffers wonen in een bepaalde regio, lokaal specifiek aandacht uitgaat naar de getroffenen en nabestaanden. Dat gebeurt inmiddels ook al waar gemeenschappen in het bijzonder zijn getroffen door corona, zoals in Brabant. Het coronavirus bestrijden is stap één. Iedereen is hierbij betrokken – sommigen in het bijzonder. De samenleving wordt diep geraakt en dat blijft niet zonder psychosociale gevolgen. Vooral het aanhoudende gevaar van deze pandemie is een f actor waarvan de invloed onbekend is op de emotionele reacties van mensen. Waar we in ieder geval alert op moeten zijn, is groeiende desillusie binnen specifiek getroffen groepen in onze samenleving. De overheid, lokale gemeenschap en in dividuele burgers mogen hen niet uit het oog verliezen. De vervolgstap vraagt wederom iets van ons allemaal: aanhoudende solidariteit. Maar hiermee maken we verschil.

33 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication