BINNENLANDS BESTUUR - WEEK 39 | 2021 18 ACHTERGROND RUIMTE ‘ Het Friese cultuurlandschap is naar de gallemiezen geholpen’ niet vreemd op van woedende boeren op het Malieveld, ‘allemaal op hun allernieuwste trekkers. Het is één grote Landbouw RAI, ook weer gefinancierd met investeringssubsidies en belasting aftrek. Maar je moet wel beseffen dat gemiddeld een derde van die boeren over tien jaar geen boer meer zal zijn. En voor een boerenfamilie ligt dat anders dan voor een fietsfabrikant. Ze zijn vaak al generaties boer. Het zijn enorme breuken als er geen opvolging is, als een zoon of dochter ermee moet stoppen. Drama’s.’ SOCIAAL TRAUMA Het drama reikt verder dan de boeren alleen. Mak: ‘Hoewel Friesland een provincie is die op allerlei manieren probeert te vernieuwen, zetten boeren er vaak nog de toon. De massale sluiting van boerenbedrijven veroorzaakt dat er op het platteland iets ontstaat wat je ook ziet in Engelse mijnwerkersstadjes: een sociaal trauma. Dat gebeurt als door een noodzakelijke economische sanering tegelijk de kern van alle activiteiten in zo’n regio wegvalt. Niet alleen de economische activiteiten, ook verenigingsverbanden, politieke bewegingen, het complete bestaan. Daarom lopen de emoties ook zo hoog op. Er zijn na de oorlog enorme campagnes geweest dat de boer meer moest produceren, op het dolle af. Je kunt op dezelfde manier de andere kant op draaien. Door ervoor te zorgen dat een biologische boer met 45 tot 60 koeien ook een nette boterham kan verdienen. Boeren hebben bewezen dat ze het kunnen. De enige echt innovatieve sector in Friesland is de boerensector. Maar je moet wel met een Roosevelt- achtige dynamiek door de lobby’s heen durven beuken.’ En de Jorwerter dorpskern dan? Daar waar de verschraling een kwart eeuw geleden net zo hard leek te zijn toegeslagen met het sluiten van winkels en andere bedrijvigheid. De kindergeluiden vanuit de basisschool verdwenen, een recente aderlating, maar verder, stelt Mak, ‘heb ik dat wegzakken de afgelopen 25 jaar niet meer zo gezien. Dat was daarvóór. In Jorwert kún je ook geen bakker hebben, daar is het dorp domweg te klein voor. In omliggende kerndorpen zijn de winkelvoorzieningen redelijk op peil gebleven.’ Wel veranderde de gemeente. ‘Friesland is een paar jaar geleden op een puur ambtelijke en ahistorische manier als een oranjekoek opgesneden, maar allez, het zij zo.’ Het dorp Jorwert, in 1996 nog onderdeel van Littenseradiel, werd zo een stukje van de stad Leeuwarden. Toch vooruitgang, vindt Mak. ‘Je ziet de kwaliteit van bestuur met sprongen verbeteren. Het schoonmaken van de straat. Als er iets kapot is, komt er gelijk iemand. Littenseradiel was een heel kleine gemeente, dan krijg je niet het sterkste ambtenarenapparaat. Vaak was het ons-kent-ons. Een door de bestuursrechter in een naburig dorp opgelegde dwangsom werd bijvoorbeeld door de gemeente stomweg niet geïnd. Vriendjespolitiek. Wij kregen juist om de haverklap controle. Had je een populier getopt, kwam er iemand langs of het niet een beschermde boom was. En was er trouwens wel een vergunning voor dat kippenhok in de tuin? Zulke geintjes. Daar is sinds we onderdeel zijn van Leeuwarden geen sprake meer van.’ AANSPREEKBAAR De opschaling gaat volgens Mak ook niet gepaard met afnemende betrokkenheid vanuit het gemeentebestuur. ‘De dorpen zijn geen vergeten gebieden. Er is een ambtenaar die aanspreekbaar is. Leeuwarden beseft ook dat je dorpen anders moet benaderen dan een stadswijk. In Jorwert wordt veel door vrijwilligers gedaan, zoals het onderhoud van het sportveld en de bomen rond het kerkhof. Als je daar als gemeente een dorp voor beloont met een paar extra faciliteiten is iedereen blij.’ Maar wat voor faciliteiten? De komende decennia zal de energietransitie zich voor een niet onbelangrijk deel op het platteland voltrekken, waar immers meer ruimte is voor wind- of zonnepark. Tot nu toe gaat die transitie aan Jorwert voorbij. Mak, lachend: ‘Van de twee windmolens die we hadden is er eentje omgewaaid en de andere is volgens mij ook alweer verdwenen. Het Nimby-effect hebben we hier niet, maar ik begrijp het goed. Die turbines zijn waanzinnig groot. Als er een zo’n ding tweehonderd meter van je achtertuin komt te staan, is dat slikken. Mijn gevoelens zijn daarover zeer gemengd. Ik besef dat het nodig is. Maar als er een windpark naast je deur verschijnt, heeft dat een enorme invloed op de kwaliteit van leven. Dat geldt voor stadswijken als IJburg. Maar ook dorpen zijn zeldzaam kwetsbaar.’ WOEST PLAN En dan die andere opgave die elk dorp raakt, de woningbouw. Mak: ‘De noordelijke provincies bieden aan dat ze desnoods honderdduizend woningen willen bouwen. Het is een woest plan, maar tegelijk toch de vraag: waar? Het zal de provincies enorm kunnen veranderen. En waar moeten al die mensen werken? Het is niet voor niks dat de Randstad zo veel mensen trekt. Daar zit een boel dynamiek.’ Ja, als gevolg van corona werken meer mensen thuis en doen afstanden er minder toe, ‘maar die dynamiek schuift niet automatisch met de mensen mee’. Mak noemt de plannen om het noorden dankzij een hslverbinding door de polders beter te ontsluiten ‘illusiepolitiek’. ‘Die lijn is van zijn leven niet rendabel te krijgen. Ze zouden hem willen doortrekken naar Hamburg en Scandinavië, maar de Duitse minister van Transport ziet daar niks in. En als Duitsland niet meedoet, is zoiets kansloos.’ Om zich heen zag hij de afgelopen jaren ‘flink wat’ van dergelijke ‘droomplannen’. Mak: ‘Een regio die bezig is met een fundamentele overgang heeft de neiging tot showbestuur. Leeuwarden 2018 was daar een typisch voorbeeld van – kijk ons eens de Culturele Hoofstad van Europa zijn – terwijl wérkelijk bestuur vaak een heel saaie bezigheid is: met pijn en moeite een instelling overeind houden. Friesland was vroeger een rijke provincie omdat het een soort een uitgesmeerde stad was. In de kleinste dorpen zaten orgelbouwers en zilversmeden – je houdt het niet voor mogelijk. Ik zou zeggen:
19 Online Touch Home