DRENTHE SAMEN EEN WEG ZOEKEN Archeologische vondsten, het leefgebied waarborgen van bijzondere planten en dieren, contact met bewoners. Bij het verdubbelen van het aantal rijstroken van een provinciale weg komt veel kijken. Maarten Duisterwinkel (28) is medewerker projectuitvoering bij de provincie Drenthe. Regelmatig staat hij op informatieavonden voor honderden bewoners, die allemaal hun mening hebben. M aarten begeleidt in Drenthe infrastructurele projecten. Zijn meeste aandacht gaat momenteel uit naar de verdubbeling van de N34, van Coevorden naar Groningen, als secretaris van het projectteam van zes mensen. ‘Ik zorg dat alles loopt zoals moet’, vertelt hij. ‘Denk aan coördinatie tussen de verschillende projecten en taken en het sturen op de planning hiervan. Daarnaast ben ik nog verantwoordelijk voor afronding van een aantal deelprojecten, zoals het natuuronderzoek, de landschappelijke inpassing van de weg en het archeologisch onderzoek.’ Maarten wacht net in spanning op de uitslagen van natuuronderzoek en archeologische proefboringen. ‘Bodemonderzoek kan archeologische vondsten in beeld brengen. Daarna moeten we beslissen over nader archeologisch onderzoek voordat de werkzaamheden beginnen.’ BURGERPARTICIPATIE Na zijn opleiding tot technisch planoloog weet Maarten niet goed wat te doen. Wat is aantrekkelijk werk? Hij kiest voor een werkervaringsplaats bij de afdeling verkeer en vervoer van de provincie Drenthe. ‘Vijf maanden heb ik zo meegekeken bij verschillende projecten, om te onderzoeken waar mijn interesses lagen. Daarna kreeg ik op de afdeling een contract van twee jaar aangeboden.’ Burgerparticipatie vindt Maarten het leukst aan zijn werk. ‘Het is belangrijk om in gesprek te gaan met de bevolking, om te kijken hoe zo min mogelijk mensen last van de wegverbreding hebben. Daarnaast kunnen de omwonenden belangrijke informatie inbrengen die we op het provinciehuis over het hoofd hebben gezien. Mensen moeten dus kunnen meepraten over de plannen.’ Wegenprojecten kunnen veel weerstand bij omwonenden oproepen, maar Maarten heeft daar geen last van. ‘We hebben het omgevingsmanagement bij dit project goed aangepakt en zijn vroeg met bewoners gaan praten. Zonder concreet plan zelfs, we wisten alleen dat de weg moest worden verdubbeld langs ongeveer het bestaande tracé.’ In zo’n infrastructureel plan is altijd een omgevingsparagraaf opgenomen. Daarin staat hoe je contact legt en samenwerkt met omwonenden. Maarten: ‘Omdat er veel dorpen langs het tracé liggen, hebben we veel gebrainstormd met mensen van dorpsbelangen en winkeliersverenigingen. Samen ontwikkel je dan in werkgroepen de eerste ideeën over de N34.’ Ideeën die vervolgens op het provinciehuis concreet worden uitgewerkt. Waarna alles wordt voorgelegd aan de bevolking, op grote informatiebijeenkomsten. ‘Dan sta je opeens met alle teamleden voor een zaal met 200 mensen, die er allemaal iets van vinden. Door in gesprek te gaan met deze mensen en goed te luisteren, kunnen de plannen nog worden fijngeslepen. Dit contact met de bevolking vind ik echt het allerleukste aan mijn werk.’ 64 JONG&AMBTENAAR
65 Online Touch Home