17

o Blik op Zeewolde - 30 juni 2021 De Kneep ouw Hongaarse Badbevalling Zij wenste een thuis-badbevalling, en hij kon niet tegen bloed. ‘Mefrouw, bijforbeeld, iek moest voor die bloednemen, iek zai tegen die frouw, iek moet in die bedje, als iek val, jai kan mai moeielijk van die grond tielen. Geloof mai, iek moet in die bedje.’ De laborante had Bernat niet geloofd, zo’n stoere vent. Hij werd wakker in ‘die bedje’, hoe hij er terecht gekomen was, was hem onbekend. Dus Bernat Fürdõszülés zou niet mijn steun en toeverlaat zijn bij zijn vrouws bevalling, dacht hij. Dat juist Angyalka thuis wilde bevallen, en als het even mocht in bad, vond ik opmerkelijk. Alle verloskundigen kennen het verhaal van Agnes Gereb, de Hongaarse vrouwenarts die gevangenisstraf kreeg, omdat ze -op verzoek van ouders- thuis geboortes begeleidde. Hongarije, een EU-land waar thuisbevallen verboden is. Hongarije, het geboorteland van Angyalka, Bernat en hun zoontje Edvard. De kleine Edvard was daar op een zespersoonsziekenhuiszaaltje ter wereld gekomen. In ieder bed een barende, kermende, zwoegende vrouw. Verlosbedjes slechts gescheiden door dunne gordijntjes. Vaders: buiten blijven! (Iets wat Bernat overigens absoluut niet erg vond.) Angyalka had zich er voornamelijk alleen gevoeld. Schatplichtig aan de Hollandse thuisbevalcultuur en voor iedere Liefelijk Sommige weeën noemde ze liefelijk. Als ze zo’n ‘liefelijke’ wee had, draaide ze sierlijk met de polsen en wapperden haar handen in de lucht, alsof ze een verfijnd klassiek muziekstuk dirigeerde. Liefelijk, zo zag het er ook uit. Ze glimlachte erbij. Nimmer had ik een barende het woord liefelijk horen gebruiken in relatie tot af-en-aan golvende weeenpijnen. De rest van het verhaal is verre van liefelijk. Naarmate de nacht vorderde, kreeg de hardcore variant namelijk flink de overhand op de liefelijkheid van de ontsluitingsweeën. Woo-Hoo! De gracieus wuivende handen, waar mijn brein onhoorbaar een bijpassend klassiek muziekje onder neuriede, balden zich plotseling tot vuisten, sloegen met afwisselend vuist en vlakke hand ritmisch op het hoofdkussen en grepen vervolgens partner Pim stevig bij de lurven. (Voor wie wil weten waar de lurven zich bevinden; ergens tussen je kladden en je hurken, de afdrukken zijn waarschijnlijk nog te bezichtigen op het lijf van de onfortuinlijke Pim.) Knokkels trokken wit weg, er werd gestampt, gevloekt en getierd, ik vreesde voor de nachtrust van de buren. Er paste precies een heel couplet van Blur song 2 in het hoogtepunt van de wee. Woo-hoo! When I feel heavy-metal And I’m pins and I’m needles Well, I lie and I’m easy All the time but I’m never sure Why I need you Pleased to meet you Wie de videoclip ooit zag weet hoe de zanger van muur naar muur stuitert en hoe hij zijn Woo-Hoo! in de microfoon grungt, waarna het couplet dynamisch gezongen/geschreeuwd wordt. Pleased to meet you, inderdaad, opnieuw voorstellen, want de Grunge-Eveline kende ik nog niet. Power en passie. Ook Pim moest wennen aan deze dynamische versie van zijn vrouw. De ontsluiting vorderde snel, wat de heftigheid van iedere niet-liefelijke wee verklaarde. Tot de laatste centimeter erg op zich liet wachten, toen werd het werkelijk afzien. De videoclip leek op repeat te staan. Woo-Hoo! Er kwam geen einde aan. Moe van het staan, liggen lukte echter niet. Bij het opkomen van iedere wee sprong Eveline op en zocht naar de lurven van Pim. In mijn hoofd startte het repeatingcouplet van de Blur song, en wel op vol volume. Woo-Hoo! ‘DIT IS HEEL HEFTIG!´ siste Eveline beleefd tussen haar opeengeklemde kaken door. We geloofden het onmiddellijk. Opeens zag ik mezelf liggen, bijna 25 jaar geleden, toen ik mijn man Ben opdroeg om de verloskundige te waarschuwen. ´JE MOET NU BELLEN!´ siste ook ik toentertijd. De spijlen van het bed stevig omklemd, witte knokkels. Het bed rammelde ervan. De manier waarop Ben onze verloskundige op de hoogte bracht, klonk als de omschrijving van een scene uit ´The Exorcist´; waar de hoofdrolspeelster een priester vertelt welke gezellige hobby´s zijn moeder in de hel kan uitoefenen om daarna groene smurrie te kotsen. Na een dolle rit richting ziekenhuis voor pijnstillingsmedicatie om die venijnige laatste centimeter dragelijker te maken, arriveerden we op de verloskamers met adequate persweeën. De pins and needles ebden weg. Daar was Alex. Al wat overbleef, was een liefelijk pleased to meet you. Woo-Hoo! Adrenaline giert. Bonkend klopt het hart in de keel met uitschietende steken naar mijn maag. Pippi! Zoveel jaren geleden, ik was pas tien, maar het tafereel staat me ineens weer glashelder voor de geest. De hoofdrolspeler hier was mijn jongste broertje. ‘TollaheeTollahooTollahupsakee!’ Zingend huppelde hij door de dakgoot terwijl mijn moeder koortsachtige pogingen ondernam hem te bewegen weer door het dakraam naar binnen te klauteren, zonder hem te laten schrikken of wankelen. ‘Ach, ons huis heeft geen dakkapel, en zelfs geen dakgoot waar ze in kan klimmen,’ hoor ik mezelf mompelen tijdens gas geven, remmen, schakelen en sturen. Het blijkt maar weer dat alles kan, gaspitten aandraaien, voordeur openen voor vreemde mensen, de schaar in de gordijnen zetten, of in je eigen haar. Nu ik er zo over nadenk, dat haarknipscenario hebben we zelfs al eens gehad dankzij oudste zus. Ik mopper op mezelf. Volgende keer gewoon naar oma! Als ik thuis kom, ligt madame prinsheerlijk op de bank. Of er niets gebeurd is, wuift ze met een koninklijk gebaar naar haar onderdaan. ‘Ha mam.’ Ik mis het ‘bedje op de bank’-dekentje. O, daar heeft ze de kat mee toegedekt. Ervoor in de plaats heeft ze de ‘kneep’ -onze roodfluwelen verkleedcape met zijn glimmend gouden binnenvoering- gracieus om zich heen gedrapeerd. Enkel het glazen kistje ontbreekt. Een paar blauwgeschminkte ogen kijken me liefjes aan, de lippenstift, tezamen met –onmiskenbaareen chocoladespoor, zit voornamelijk uitgesmeerd over haar linker pyjamamouw. Sneeuwwitje danst met de prins, de zeven dwergen Johoo-en er omheen. Zo te zien is alles goed gekomen. @poldervroedvrou gezonde zwangere de vrije keuze om zelf de wijze waarop te kiezen, zei ik: ‘Natuurlijk beval jij in bad. Bernat zeggen we eenvoudigweg dat het in Nederland zo moet.’ Op een donkere winteravond spoed ik me richting ház Fürdõszülés. Het huis schittert me tegemoet, alle lampen aan van zolderraam tot buitenlantaarn. Binnen brandt de kachel. Angyalka vind ik boven in bad, mijn brilleglazen beslaan. Bernat rent van boven naar beneden, naar boven, naar beneden. We geven hem kleine overzichtelijke klusjes. Vuilniszak, emmer, Edvard geruststellen, kraamzorg bellen, warme doeken, twee handen vol badspeeltjes ergens anders bergen. Bezig houden die man. Bril af, vest en trui uit, ik posteer me in mijn hemd op het toiletdeksel en delegeer alle klaarzetwerkzaamheden aan Bernat. ’Itt Jönnek Bernaaaaat!’ Angy’s roep laat Bernat binnenstormen. Ze grijpt zijn hand en laat niet meer los. Gevangen. Bernat zakt ontredderd op het smalle badrandje, met de rug naar zijn vrouw toe. ’Iek kaike nie!’ Ik geef hem een schouderklop en zeg blij te zijn dat hij er is. Bernat kijkt strak naar de grond, zijn hoofd schudt van nee. Angyalka houdt haar adem vast en een prachtige baby glijdt uit haar het water in. Bernat gluurt een mili17 Soms komt het zomaar ter sprake: Hoe deed je dat toen de kinderen klein waren? Euhm, ik had oppas rondom; grootouders in het dorp ten alle tijden inzetbaar; flexibele man; lieve kinderen en meelevende zwangeren. Af en toe, op zaterdag, mocht mijn jongste dochter mee op kraambezoek. Voor haar het uitje van de week, vooral als we het zo uitkienden dat we er waren tijdens het babybadderen. Maar waar zat hem nou ‘de kneep’ in deze herinnering? September 1999 Frederique is een beetje ziekjes en mag ‘bedje op de bank’. Dekentje, televisie met VHS-videoband van Sneeuwwitje, drinken, knuffels erbij, lekker uitzieken. Oudste gaat naar school en moeders heeft dienst maar geen bevalling aan de gang. ‘Ik kan je ook naar oma brengen hoor,’ zeg ik. Maar ja, oma heeft geen Disneyfilms, en tekenfilmpjes kijken, is nu juist het fijne van een beetje ziek zijn. Om half elf rent Sneeuwwitje voor de tweede maal huilend door het donkere bos en ik moet dringend een enkele kraamvisite. ‘Blijf jij hier zoet tv kijken? Ik ben zo weer terug.’ Ze roept: ‘Voohoor!’ en gebaart dat ik opzij moet. seconde over zijn schouder en griezelt, zijn hand nog altijd klem in die van zijn vrouw. ’Ain bloodbaad,’ prevelt hij, en dat lijkt ook wel een beetje zo. Gooi een scheutje frambozensiroop in een waterglas, en het waaiert grenzeloos uit. Angyalka schenkt me de liefste glimlach ooit als ze het kindje op haar borst krijgt. We laten Bernat vrij. Toen Bernat me naderhand uitliet, boog hij zich samenzweerderig naar me toe. ’Hoeveel moet iek u gefen?’ Ik snapte hem niet meteen, maar wat bleek: Hongaarse artsen laten zich graag steekpenningen toestoppen om voorspoedige bevallingen te garanderen. Hij kreeg een gepaste doch stevige hug van me. ’Dit meemaken, man, is onbetaalbaar!’ @ármentesített belvizes mélyföld bába 10:35 Mobiel in mijn zak en huistelefoon met snelkietoets op de salontafel. ‘Toemaar,’ spreek ik mezelf toe, het duurt minstens een half uur voor deze video teruggespoeld moet. 10:47 ‘TiedelidieTiedelidom.’ HOME, lees ik op mijn Nokia. ‘Mamma, ik heb meekup op en de kneep om, nu ben ik Superman.’ ‘Wat?’ ‘De rode kneep, je weet wel, van Superman.’ Ik herinner me vaag de mantel van Sinterklaas onderin de verkleedkist helemaal op zolder. ‘Schatje, ik ben bijna weer thuis, blijf je alsjeblieft gewoon in de huiskamer?’ Mijn stem klinkt een octaaf hoger dan gewoonlijk. Voor de make-upsessie moet ze sowieso naar boven zijn gelopen. Ik visualiseer een besmeurde badkamer met waterproof mascara op mijn witte handdoeken, oogpotlood-blauw op de spiegel, rode lipstick-klodders in de wasbak en rougepoeder overal. Ze is gek op die met glitters en de grote kwast. De paar straten van de kraamvisite naar huis zijn voldoende om alle mogelijke scenario’s door mijn hoofd te laten afspelen. Inclusief l’ histoire de Pippi Langkous…

18 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication