26

tentoonstel l Ing l l l james ensor in Brussel, een onbekend verhaal D Net die relatie is het onderwerp van de tentoonstelling James Ensor. Inspired by Brussels, die de Koninklijke Bibliotheek van België (KBR) en de Koninklijke Musea voor Schone Kunsten van België (KMSKB) organiseren in KBR (tot 2 juni). BOp Magazine ging erover praten met expoverantwoordelijke Vanessa Braekeveld van KBR en schetst op basis van dit gesprek en van de tentoonstellingscatalogus de Brusselse jaren van Ensor. Leerling aan de academie in de Zuidstraat In 1877 schreef Ensor zich in als leerling aan de Koninklijke Academie voor Schone Kunsten in Brussel. De toen zeventienjarige Ensor was van Oostende naar Brussel verhuisd. De aspirant-kunstenaar schreef zich in voor twee lessen: ‘Tekenen naar antieke kop’ en ‘Schilderen naar de natuur’. Hij zou er drie academiejaren blijven en maakte er kennis met andere jonge talenten, zoals Fernand Khnopff, Willy Finch en Théo van Rysselberghe. De resultaten van Ensor op de Academie in Brussel waren wisselend, maar niet zo dramatisch als vaak beweerd. Als tekenaar blonk hij regelmatig uit. Zo werd hij derde op zesentwintig in de klas ‘Tekenen naar antieke torso en fragmenten’. De tekening die Ensor voor de wedstrijd maakte en die op de tentoonstelling te zien is, werd in 2023 door KBR aangekocht. Het betreft een groot blad met de torso van Laocoön, een fragment van de beroemde antieke beeldengroep die sinds 1506 in het Vaticaan tentoongesteld staat. In tegenstelling tot het tekenen wa26 l l l BOp magazine maarT - aprIL 2024 ren Ensors prestaties in de gevorderde klas ‘Schilderen naar de natuur’ slecht. Het is duidelijk dat de jonge twintiger de Academie feitelijk had opgegeven en vanaf dan als zelfstandig kunstenaar zou verdergaan. Niettemin was de Academie belangrijk voor Ensors artistieke ontwikkeling: een aantal principes die hij er had geleerd zouden fundamenteel blijken voor het creëren van grote, complexe voorstellingen, zoals het monumentale doek De intrede van Christus in Brussel in 1889. een belangrijke ontmoeting Hoewel Ensor in 1880 naar Oostende terugkeerde, zou hij nooit afscheid nemen van het netwerk dat hij in Brussel had opgebouwd. Hij werd er geïntroduceerd in sociale kringen die tot dan volsteun van de familie rousseau Het huis van de Rousseaus was een ontmoetingsplaats voor tal van prominente intellectuelen, wetenschappers en kunstenaars. Politiek gezien was de familie links georiënteerd, sympathiserend met het opkomende socialisme en zelfs flirtend met de anarchistische beweging, die destijds een golf van angst veroorzaakte. Deze radicale kringen met hun sociaal geëngageerde ideeën stuurden de artistieke praktijk en visie van de jonge Ensor in nieuwe richtingen. De familie Rousseau kocht talrijke werken van Ensor aan en was zo in Ensors vroege jaren zijn belangrijkste mecenas. een uniek album De hechte vriendschap tussen Ensor en de familie Rousseau is goed gedocumenteerd in bijna vierhonderd brieven van de  it jaar is het precies 75 jaar geleden dat james ensor overleed. Wie ensor zegt, denkt aan oostende, aan zijn maskerschilderijen of aan het briefje van honderd frank met zijn hoofd erop. Minder bekend is zijn sterke band met Brussel. ledig onbekend voor hem waren. De belangrijkste ontmoeting was ongetwijfeld die met de familie Rousseau-Hannon. Rond 1879 had Ensor kennis gemaakt met Théo Hannon, die het progressieve tijdschrift L’Artiste had opgericht en zich al enkele jaren volledig wijdde aan de schilderkunst. Hij was een centrale figuur in de Belgische avant-garde. Hannon introduceerde Ensor niet alleen bij progressieve schilders en schrijvers, maar ook bij zijn zus Mariette en haar echtgenoot Ernest Rousseau, voormalig rector van de ULB. Het was het begin van een langdurige en hechte vriendschap, die voor de carrière van Ensor als zeer belangrijk wordt beschouwd.

27 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication