Prof. dr. T. van Vuuren en dr. R.M. Montizaan 1 INLEIDING De overheid bezuinigt op personeel. Tegelijkertijd streeft ze ernaar productiever, effectiever en efficiënter te worden. En dat in een tijd waarin sprake is van een sterk verouderend ambtenarenbestand. De overheid is volgens het CBS zelfs ‘kampioen vergrijzing’. In de periode 1990-2012 is de gemiddelde leeftijd in het openbaar bestuur en de overheidsdiensten met acht jaar gestegen naar 43,7 jaar. In geen enkele andere sector in Nederland is dat zo sterk het geval (Binnenlands Bestuur, 2013). Deze ontwikkelingen vragen om een aanpassing van het strategisch human resource management in de overheidssectoren. Wil de publieke sector geen knelpunten krijgen in de personeelsvoorziening, dan zal deze een combinatie moeten hanteren van beleid gericht op vergroting van het arbeidsaanbod binnen de sector en de handhaving en verhoging van de productiviteit van het zittende ambtenarenbestand. Daartoe zal de publieke sector het overheidspersoneel moeten faciliteren en stimuleren om gemotiveerd langer te werken (Van Vuuren, 2011). Ook zullen overheidswerkgevers maatregelen moeten nemen om enerzijds het werk aan te passen aan de belastbaarheid van werknemers en anderzijds de inzetbaarheid van werknemers op peil te brengen en te houden. Kortom, dit vraagt om strategisch human resource management gericht op de bevordering van duurzame inzetbaarheid. Een belangrijke vraag 120 STAAT VAN DE AMBTELIJKE DIENST 2015
123 Online Touch Home