261

6 WIE ‘VOEDT’ DE VERSCHILLENDE BEELDEN? Als gevolg van die moderne opvatting over positionering van de overheid, zagen tal van puntige pay-offs het licht om het (nieuwe) bestaan toe te lichten. De politie koos voor ‘dienstbaar en waakzaam’. Dienstbaar lijkt een overheid die er voor de burger is, een overheid die ‘in een ondergeschikte betrekking geplaatst is’. Maar de politie heeft er niet voor gekozen om samen met de burgers tegen fietsendieven en frauderende directies op te rukken. Vanuit een ondergeschikte positie is het heel lastig boeven vangen en mensen bekeuren. Maar als men een woord gebruikt waarvan de dominante betekenis een andere is dan men zelf op het oog heeft, dan is communicatieve prudentie geboden en zal men veel energie in de duiding moeten steken. De ruimte om een woord als ‘dienstbaar’ van betekenis te voorzien is zo groot, dat ook de duiding ‘bescherming van de democratische rechtsstaat’ geldig is. Om ‘dienstbaar’ aan de betekenis ‘bescherming’ te helpen, is echter wel enige intellectuele elasticiteit vereist. Nu is de politie een wel heel speciale overheidsdienst. Een dienst die mét ons is als we slachtoffer van een misdrijf zijn, en tégen ons is als we een overtreding begaan. Dat wij de, uiteraard altijd onterecht uitgeschreven, prent niet ogenblikkelijk associëren met het algemeen belang en de functie van de politie in de democratische rechtsstaat, lijkt tamelijk evident. Kahneman91 in termen van systeem 1 en systeem 2 in onze hersens.92 zou dit vermoedelijk duiden Systeem 1 beoordeelt rap de situatie: politie, betrapt, boete. Om het woord ‘dienstbaar’ te begrijpen als betekenend ‘bescherming’, moet systeem 1 systeem 2 aanzetten. Maar daar is in deze situatie geen enkele aanleiding toe. Systeem 1 kan heel goed zelf een bekeuring handelen. Systeem 1 maakt systeem 2 pas wakker als systeem 1 zich realiseert dat iets te ingewikkeld voor hem is. Maar wat is er ingewikkeld aan dienstbaar? Niets, zal systeem 1 denken. Dat dienstbaar in dit verband betekent dat de politie alle weggebruikers beschermt tegen mensen die overtredingen begaan, vraagt inspanning van systeem 2. Tot zover de problemen met ‘dienstbaar’. En dan komt ‘waakzaam’ er nog achteraan. ‘Waakzaam’, dat half Nederland achter zijn voordeur heeft gestickerd. Een herder, een bouvier, een rottweiler, en allemaal spreken ze de woorden: ‘Hier waak ik.’ Waakzaam, zo luidt al snel de misvatting, tegen de búrger, terwijl de politie waakzaam tegen túig zou moeten zijn. Legendarisch is de uitspraak van de bekeurde minister: “Ga toch boeven vangen.”93 Waakzaam op dat hele abstracte niveau van de democratische rechtsstaat. Wat moet iemand dan wel niet allemaal weten en ter plekke bedenken? Dat onze strafvordering in lijn is met artikel 6 van het Europees Verdrag van de Rechten 88. De Roon, A. (2000) Overheidsvoorlichting: de progressie van een onvolgroeid beleidsinstrument. In Klandermans, B., & Seydel, E. (Red.). Overtuigen en Activeren, publieksbeïnvloeding in theorie en praktijk (p. 134). Assen: Van Gorcum. 89. 90. 91. Zo blijkt uit het (geestige en tegelijk treurigstemmende) boekje De brievenbus van Mevrouw de Vries van Stephan Steinmetz. Amsterdam: Atlas Contact 2013. Van Wijk, K. (2011). De Media Explosie. Trends en issues in massacommunicatie. Den Haag: Academic Service/BIM Media. Kahneman, D. (2011). Thinking fast and slow. New York: Farrar, Strauss & Girou. Verdere uitwerking van Tversky, A., & Kahneman, D. (1974). Judgment under Uncertainty. Heuristics and Biases, Vol. 185. Science, New Series. AMBTELIJKE ELITE OF VOETVEEG? 259

262 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication