digt, is niet direct van belang. Vaak lukt het niet om de oorspronkelijke bedoeling te vertalen naar prestaties die ‘SMART’ te maken zijn. In dit perspectief is dat niet direct een probleem. We benoemen prestaties die in de buurt komen en gaan die realiseren, waarover heel precies en op gezette tijden verantwoording wordt afgelegd. Dat laatste is in dit perspectief van groot belang. Er ligt een sterke nadruk op verantwoording van resultaten, op laten zien wat je hebt gedaan en wat daarvan de opbrengst is. Dat kan periodiek, maar ook in realtime. Bijvoorbeeld via dashboards die permanent laten zien hoe het met de veiligheid in de wijk gaat. In dit perspectief is de ambtenaar primair resultaatgericht. Hij is in staat om processen efficiënt in te richten, kan output realiseren en weet de voortgang te bewaken. Daarbij hoort ook het belang van de verschillende stafdiensten en functies die zorgen voor het meten en inzichtelijk maken van prestaties, zoals auditors, controllers, financieel beheer de rekenkamer en aspecten van bedrijfsvoering. Ambtelijk vakmanschap is het vermogen om de afgesproken prestaties ook meetbaar te realiseren en daarover verantwoording af te leggen. De netwerkende overheid (rechtsboven) Bij de netwerkende overheid staat het principe centraal dat beleidsdoelen niet worden bereikt door de overheid alleen, maar dat de samenwerking met anderen daarvoor nodig is (Klijn & Koppenjan, 2012). Dat betekent dat om de eigen doelen en de afgesproken prestaties te realiseren, de organisatie en de ambtenaren de weg naar buiten moeten bewandelen. Ze gaan op zoek naar partners die kunnen bijdragen aan die doelen, omdat ze dezelfde, gelijksoortige of deels overlappende belangen en doelen hebben. Het bij elkaar brengen van die uiteenlopende belangen en het bundelen van de middelen die organisaties kunnen bijdragen, vormt de kern van de netwerkende overheid. Dan gaat het om het formeren van coalities van partijen, die vanuit gedeelde belangen de benodigde middelen inbrengen om een probleem op te lossen. Voor de overheid gaat het daarbij primair om het realiseren van de eigen doelen: de overheid zoekt bondgenoten die mee willen optrekken met de overheid om doelen te realiseren. Tegelijkertijd vereist het erbij betrekken van anderen ook dat de overheid op sommige momenten afstand neemt van haar eigen probleemstelling of de eigen oplossingen voor het vraagstuk. Het opereren in dit soort netwerken vereist onderhandelen, het vermogen om uiteenlopende belangen in een gedeelde coalitie bijeen te brengen en te houden. In de regel gebeurt dat door het doorlopen van een onderhandelingsproces om tot een overeenkomst te komen, maar ook door contractmanagement en procesmanagement daarna (Klijn & Van Twist, 2007). Veel van deze type netwerken leggen hun samenwerking vast in convenanten en akkoorden, of in publiek-private samenwerkingen, die partijen DE GELAAGDE PRAKTIJK VAN AMBTELIJK VAKMANSCHAP 269
272 Online Touch Home