professionalism) vraagt om toegeruste professionals in een op kwaliteit ingerichte organisatie. Het vraagt om een gelijkwaardige benadering van professionele en bureaucratische waarden. Waar Noordegraaf zich concentreert op de rol van de professional, beschrijft Margo Trappenburg, ook hoogleraar bij de USBO in Utrecht, de voorwaarden voor het zijn van een professional. Volgens haar wordt een professie gekenmerkt door specialistische kennis, een gemeenschappelijke ideologie (een hoger doel dus) en een ruime mate van autonomie. Die autonomie uit zich doordat de leden van de beroepsgroep zelf de kwalificatie-eisen bepalen, daarop controleren en in staat zijn om leden die daar niet aan voldoen uit het vak te zetten. Bij ‘klassieke’ professionals (artsen, advocaten et cetera.) is al sprake van een vergaand ontwikkelde professie, met curriculum, vakgenootschap en tuchtrecht. Door institutionalisering is aan die professionele kwaliteit steeds meer bureaucratische kwaliteit toegevoegd. De professional wordt dus steeds meer ingebed in en ondersteund door de organisatie en die beide kwaliteiten horen elkaar daarbij te versterken. Hoe verhoudt deze ontwikkeling zich tot de ambtenaar als professional? Een dergelijk model zou voor de overheid ook kunnen werken, zij het komend van de andere kant. Voor ambtenaren is de systeemwereld over het algemeen goed geregeld: organisatorische inbedding, protocollen en procedures. De professionele kant is echter veel minder goed ontwikkeld. Hoewel de publieke motivatie (de ‘ideologie’) sterk is, ontbreekt het aan een gemeenschappelijk beeld van ambtelijk vakmanschap en zijn ambtenaren niet als professionals georganiseerd (autonomie). Daar ligt de komende tijd de uitdaging. 5 CONCLUSIE: INVESTEREN IN DE AMBTENAAR ALS PROFESSIONAL De beweging naar een participatie- en een netwerksamenleving vraagt om een nieuwe balans tussen bureaucratische waarden, geïmplementeerd via instituties en protocollen, en professionele waarden, toegepast via daartoe toegeruste personen. Gezien de sterke systeemwereld waarbinnen ambtenaren nu al hun werk doen, is vooral een investering nodig in de professionaliteit van de ambtenaar. De professionele ambtenaar is in staat om te werken in een context van verschillende partijen: bestuurder, organisatie, vakgenoten, burgers (en bedrijven, bijvoorbeeld als partner) en (andere spelers in de) samenleving. Hij is in staat om te midden van de turbulentie van de huidige samenleving te werken ‘volgens de bedoeling’, op 282 STAAT VAN DE AMBTELIJKE DIENST 2015
285 Online Touch Home