debbie molhuizen ‘Oordelen en normen hebben mij heel lang houvast gegeven. Daardoor had ik voor mezelf een helder beeld wat ‘goed’ was. Het goed en beter heeft mij jaren geleid in de richting van presteren. Dan had ik, in mijn perceptie, bestaansrecht. Kritiek staat daar haaks op, want door kritiek werd mijn overtuiging aangevallen: ik deed het niet goed, dus ik had in mijn beleving ook geen bestaansrecht. Het nare gevoel rond mijn hart en in mijn maag maakte mij vaak van streek. De door mij gepercipieerde aanval werd per direct beantwoord met verdediging. Je kunt je voorstellen dat er van verbinding en groei vanuit gezamenlijkheid weinig sprake was. Ik voelde mij daardoor vaak alleen. De omslag in mijn leven begon op de universiteit. Ik kreeg kritiek. Ik zie mezelf nog op dat moment. Ik ging van mijn stoel op de tafel zitten. Ik maakte mezelf groter, verhief mijn stem, ging in de aanval. Waarop Martin Euwema, docent sociale en organisatiepsychologie, met compassie teruggaf wat hij waarnam en interpreteerde: ‘Je verplaatst van plek en je verheft je stem. Er volgt een stroom van woorden die het tegendeel moeten bewijzen. Ik heb het idee dat je je aangevallen voelt, klopt dat?’ Voor het eerst voelde ik mij gezien, voor zover ik mij dat kan herinneren. Gezien in wat er is, ook al was dat een pijnlijke constatering. Dat kon Ischa Meijer zo mooi. Pijnlijke waarnemingen en interpretaties brengen op compassievolle en confronterende wijze. En dat is voor mij waar tussentaal over gaat. Waarnemingen en interpretaties inbrengen vanuit de gezamenlijke gedachte dat het onderzoeken van wat je gezegd of gegeven wordt, je verder kan helpen in je ontwikkeling. Ik realiseer mij dat we oordelen nodig hebben, dat ons dat structuur biedt. Echter de grens tussen oordelen en veroordelen is zo dun. Zelf heb ik tussentaal nodig. Om te leren, te onderzoeken en mijzelf daarmee te trainen om het oordeel uit te mogen stellen. Mijn waarneming en interpretatie in contact te brengen en niet per se dat wat ik ervan vind. ‘Want wat je vindt, dat moet je bij de politie brengen’, zegt mijn vriendin Lotte altijd.’ tussentaal geeft de verbinding aan: het is het spanningsveld tussen jou en mij in taal. er is contact. en als er even geen woorden zijn? dan houden we wel contact en zetten we het in de tussentijd. ‘ ’ 57
59 Online Touch Home