7

Toen Hij klaar was, deed Hij zijn kleren weer aan en ging aan tafel zitten. “Begrijpen jullie nu wat Ik gedaan heb? Als jullie Heer en Meester je voeten heeft gewassen, moeten jullie ook elkaars voeten wassen.” Eet Mijn brood en drink Mijn beker. Hoor het Woord dat Ik wil spreken. “Het zal gaan zoals er geschreven staat. Iemand die mijn brood eet zal zijn hiel tegen mij opheffen.” Bedroeft zei Hij: Eén van u zal Mij verraden wie dit doet, zal Mij verlaten en Mij ruilen voor wat geld. Geschrokken keken zijn discipelen elkaar aan. Ze hadden er geen idee van wie Hij bedoelde. Rechts van Jezus zat Johannes, zijn beste vriend. Petrus gaf hem een teken dat hij aan Jezus moest vragen wie Hij bedoelde. Johannes wierp zich tegen Jezus aan en vroeg: “Wie is het, Heer?”. Hij antwoordde: “Ik zal hem als mijn geëerde gast behandelen, door een stuk brood voor hem in de kruidensaus te dippen”. En Hij gaf het brood aan Judas. Toen kwam de duivel in hem. En Jezus zei tot hem: “Wat je wil doen, doe het vlug”. Maar niemand begreep wat Jezus bedoelde. Omdat Judas de kas had, dachten ze dat hij misschien iets voor het feest moest gaan kopen of aan de armen geven. “Nu zal Ik de eer krijgen, die mij toekomt. Door wat er gaat gebeuren, zullen mijn Vader en Ik elkaar verheerlijken. Want binnenkort ben Ik niet meer bij jullie en waar Ik heenga, kunnen jullie niet komen. Jullie zullen mij heel erg missen.” Petrus vroeg: “Heer, waar ga je heen? Daarheen kun je me nu toch niet volgen: antwoordde Jezus. Maar later wel. Want: Eén van u zal Mij verloochenen. Met een eed zal hij beloven, dat hij Mij niet kent. passieverhaal van Jezus Christus | pastorale vorming | 2020 7|17

8 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication