Hoe is het nu met u? Wat is er veranderd voor u? ‘Ik heb het gevoel dat ik zelfstandiger kan zijn, dan ze me inschatten. Ik ben misschien iets steviger geworden. De mensen hier doen hun best, maar toch blijf ik zeggen dat ik naar huis wil. Maar dat kan niet meer.’ Als iemand anders ook problemen heeft, zou u die dan vertellen dat er een cliëntenvertrouwenspersoon is om je te helpen? En waarom zou u dat doen? ‘Ik zou wel vertellen over de cliëntenvertrouwenspersoon als ik denk dat ze daar wat aan kunnen hebben. Het hangt van die persoon af wat dat zou kunnen zijn. Ze verwijzen naar iemand die het wel mag weten en waar je niet geheimzinnig hoeft te doen.’ Dank u wel. Wilt u nog iets zeggen hierover? ‘Het is goed dat meer mensen weten dat je op deze manier geholpen kunt worden.’ 17
18 Online Touch Home