15

GEDETAILLEERDE BESCHRIJVING III.2. RUITENWISSER/RUITENSPROEIER/RICHTINGAANWIJZING Ruitenwisser uit Ruitensproeier: hendel naar je toe trekken Automatische ruitenwisser aanzetten III.2.1. Rijrichting Bij het starten moet het voertuig altijd in neutraal (N) staan. Breng de hendel omhoog om vooruit te gaan (D) en laat de hendel zakken om achteruit te gaan (R). Nadat de rijrichting is gekozen, keert de hendel automatisch terug naar de middelste stand. OPMERKING: U kunt alleen overschakelen van rijden naar achteruitrijden of omgekeerd als u stilstaat, met het gaspedaal in de stationaire stand en door eerst in neutraal te gaan. Draai naar gewenste positie. 1 streep: lage snelheid 2 strepen: hoge snelheid 15 | G6 Gebruikershandleiding

16 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication