ONDERHOUD VII.4. REMVLOEISTOF Het remvloeistofreservoir (34) bevindt zich onder de motorkap. Controleer de niveaus wanneer het voertuig geparkeerd staat op een vlakke ondergrond. Het peil moeten regelmatig worden gecontroleerd, ook wanneer u een lichte daling van de remefficiëntie voelt. VII.4.1. Peil Het peil daalt meestal synchroon met de slijtage van de remvoeringen, maar het mag nooit onder het “minimum” niveau komen. OPGELET Als het peil abnormaal of herhaaldelijk daalt, moet u het voertuig zo spoedig mogelijk laten nakijken. VII.4.2. Vullen Bij alle werkzaamheden aan het hydraulische systeem moet de remvloeistof door een specialist worden ververst. VII.4.3. Vervang frequentie Zie tabel in sectie VII.5. 52 | G6 Gebruikershandleiding
53 Online Touch Home