58

OPTIES VIII.4. EXTERNE KENMERKEN BEDIENINGSPANEEL Uw G6-auto heeft een bedieningspaneel met externe functies boven het plafondlicht. VIII.4.1. Zwaailichten Om het/de zwaailicht(en) in te schakelen, drukt u op de bedieningsknop boven het plafondlicht. Druk nogmaals op de bedieningsknop om de zwaailicht(en) uit te schakelen. Een blauw lampje aan de zijkant van de knop geeft aan dat de optie is ingeschakeld. VIII.4.2. Knipperlicht waarschuwingsdriehoek De LED-waarschuwingsdriehoek knipperlicht wordt elektrisch opgeheven. Druk op de rechterschakelaar om de gevarendriehoek en de zwaailichten omhoog en in te schakelen. Een blauw lampje op de “driehoek” en “baken” -schakelaars gaat branden om aan te geven dat ze aan zijn. Door nogmaals op de “driehoek” -knop te drukken, wordt de driehoekige neergeklapt. De zwaailichten blijven echter branden. Om ze uit te schakelen, drukt u op de “beacon” -schakelaar. OPGELET: Wanneer de gevarensdriehoek voor triflash omhoog wordt gebracht, heeft dit invloed op de totale hoogte van uw voertuig. Denk eraan om de driehoek naar beneden te vouwen wanneer u op beperkte hoogte rijdt (ondergrondse parkeergarage, ingangen van parkeergarages, enz.). gevaren-gevarendriehoek uitgeschakeld en 58 | G6 Gebruikershandleiding

59 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication