VI.4.2. Ventileren van de oplaadruimte Zorg voor goede ventilatie van de ruimte waarin voertuigen worden onderhouden en gestald, in overeenstemming met de brandvoorschriften en om gevaar te voorkomen. Ventilatie is nodig om waterstofdamper te verwijderen uit ruimten waar de accu’s worden opgeladen. Volg hierbij de wettelijke regelgeving. VI.4.3. Het reinigen van de hoofdaccu Maak de accu’s schoon met een borstel en maak gebruik van een bicarbonaatoplossing. Spoel na met schoon water. Droog de accu’s en breng een anticorrosief middel aan op de nokken en aansluitingen. Zorg ervoor dat de nokken en kabels correct zijn vastgezet en geen sporen van sulfaat hebben. LET OP Gebruik nooit een hogedrukreiniger om batterijen schoon te maken. VI.4.4. De loodbatterij leegmaken Omdat water rond de cellen van de batterijbox kan stagneren, is het belangrijk om de batterijbox regelmatig leeg te maken met behulp van een zuigapparaat zoals een peervormige zuigbol (optioneel verkrijgbaar). Raadpleeg de geldende wetgeving en normen met betrekking tot het neutraliseren en verwijderen van het afvalwater. Het dragen van een veiligheidsbril en kleding is verplicht. Volg de veiligheidsrichtlijnen en normen NF C 15-100 §554, DIN VDE 0510, DIN VDE 0105 deel 1. VI.4.5. Het voertuig stallen Al het voertuig langdurig niet gebruikt wordt, laat u de stekker van de lader in het stopcontact zitten. De lader controleert en regelt de lading om optimale capaciteit te behouden. VI.4.6. Opslag van de accu’s Bewaar de accu’s in een droge en vorstvrije ruimte. Als de accu’s langdurig ongebruikt blijven, moet u de stekker van de oplader uit het stopcontact verwijderen. Als het niet mogelijk is om de accu’s volledig op te laden, voert u een maandelijkse lading uit. 39
40 Online Touch Home