20

Het Griekse woord is ‘epieikēs’ en heeft de betekenis van ‘zich schikken in de omstandigheden’. Dat is inschikkelijkheid, maar ook welwillendheid. Het is dus niet alleen maar naar ménsen, want dat is vriendelijkheid: je bent vriendelijk naar andere mensen toe. Maar ‘inschikkelijkheid’ is een houding die te maken heeft met de omstandigheden die zich voordoen, en het vermogen om je daar in en naar te schikken. Er zijn zoveel dingen in het leven die je nu eenmaal niet kunt sturen, en dan komt het erop aan dat je dat welwillend accepteert. En dat is iets anders dan de houding ‘het is niet anders’, want daar kan zelfs wrok in zitten … dat is geen inschikkelijkheid. In dezelfde brief, Filippiërs 2:14-15, had Paulus al gesproken over: “Dat we alles zonder morren zouden doen, als lichtende sterren.” Dat is het: zonder morren je aanpassen. ‘Inschikkelijkheid’ wil zeggen: het vermogen je aan te passen. Ik vind het wel leuk dat het woordje ‘schikken’ erin zit, want ‘schik’ heeft nog iets te maken met dat je het met plezier doet. Er zit vreugde in. Er is een Engelse spreuk, die in het Nederlands meestal verkeerd wordt weergegeven, die luidt: “The survival of the fittest.” ‘De overleving van de sterkste’, zo wordt dit veelal vertaald. Maar als je goed luistert betekent “the survival of the fittest” niet ‘de overleving van de sterkste’, maar de overleving van degene die zich het beste aanpast. De fittest is degene die ‘zich fit’, die zich aanpast aan de omstandigheden, die overleeft. De survival of the fittest is dus niet de sterkste. Feitelijk is dat zelfs een pleonasme, want degene die overleeft is sowieso de sterkste, daarom overleeft hij juist. Het is niet dubbelop, nee … wie overleeft? Dat is degene die in staat is zich aan te passen aan de 24

21 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication