213

Romeinen 6:5 – samen één plant geworden Want indien wij samen één plant zijn geworden in de gelijkenis van zijn dood, dan zullen wij het ook zijn van zijn opstanding. We worden één gerekend met Christus. We zijn “samen één plant geworden in de gelijkenis van zijn dood”. “Samen één plant geworden”, dus als vergroeid met hem. “… in de gelijkenis van zijn dood”, dat wil zeggen gestorven zijn zoals hij is gestorven. Dat alles betekent dat ik, wanneer ik wil weten wie ik ben in GODS ogen, moet kijken naar Christus. Toen Christus stierf, stierf ik. Als vergroeid met hem en daarom ook delend in zijn lot. Dus toen hij opstond, werd ik met hem mede opgewekt. Zo ziet God mij nu en dat bepaalt wie ik ben. Levend voorbij de dood. Een nieuwe schepping! Wie ik ben wordt niet bepaald door wat anderen van mij vinden. Of zoals ik mijzelf beoordeel of voel. Dat is drijfzand en geeft nooit vastheid. Beslissend voor mijn identiteit is ook niet mijn verleden maar juist de toekomst. Daarom komt het slechts mijn Schepper toe om te vertellen wie ik ben. Want alleen hij kent en bepaalt mijn bestemming. Zo mag ik rekenen en wandelen. “In nieuwheid van leven”! 223

214 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication