249

Romeinen 7:18 – niet in mij Want ik weet dat in mij, dat is in mijn vlees, geen goed woont. Want het willen ligt naast me, maar het goede bewerken niet. Met “mijn vlees” doelt Paulus op zijn lichaam, al of niet inclusief de beenderen (Luc.24:39). De vaststelling dat “in mijn vlees geen goed woont” betekent, dat het vlees niet in staat is “het goede te bewerken”. Positieve intenties ten spijt. Paulus spreekt hier niet (en elders evenmin) over “de zondige natuur”. Dat is een uitvinding van theologen. De Schrift kent het niet. In de Bijbel is niet de natuur zondig, maar juist het tegennatuurlijke (1:26). Bovenstaande uitspraak is evenmin een oorlogsverklaring aan het vlees. Nergens leert de Schrift dat we zouden strijden tegen het vlees. In Efeze 5:29 schrijft Paulus: “niemand haat ooit zijn eigen vlees, maar hij voedt het en koestert het”. Ons vlees is een creatie van God, ook al is het sterfelijk en zwak. En ongeschikt om leiding te geven. De impulsen van ons lichaam op zichzelf zijn nooit fout, maar ze behoeven sturing van ons verstand. Dat heet ‘zelfbeheersing’. De kracht om het goede te bewerken dienen we niet binnen, maar buiten onszelf te zoeken. Slechts boven is het te vinden! 261

250 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication