33

voortdurende strijd tussen de mix van goed en kwaad die de wereld uit elkaar scheurt. Een strijd die mensen tegen elkaar op zet. Ook binnen kerken en christelijke gemeentes, die vanuit ditzelfde principe te werk gaan. De ervaring die wij opdoen met goed en kwaad is gelukkig maar tijdelijk. Het hoort nog bij het onvolmaakte, bij dat wat nog moet verdwijnen. Maar het is wel noodzaak, als opstap naar het volmaakte. God oordeelt de gelovigen, om gered te worden, niet naar hun werken van goed en kwaad. Zijn oordeel is gebaseerd op het werk van Christus en er is geen enkele veroordeling voor hen die in Christus zijn. Rom.8:1 Zij zijn “tezamen met Christus gestorven en opgestaan”. Daardoor leven zij niet meer “naar het vlees” (naar de oude mens, naar wat het gevolg is van de boom van goed en kwaad), maar zij leven “naar de geest”, onder Gods leiding. “Want waartoe de wet niet in staat was, machteloos als hij was door onze aardse natuur, dat heeft God tot stand gebracht. Vanwege de zonde heeft Hij zijn eigen Zoon als mens in dit zondige bestaan gestuurd; zo heeft Hij in dit bestaan met de zonde afgerekend, opdat alles wat de wet eist in ons tot vervulling wordt gebracht. Wij leven immers niet volgens aardse maatstaven (letterlijk: wandelen niet naar het vlees), maar volgens die van de Geest (maar naar de Geest).” Rom.8:2-4 ‘Wettische visie’ op wat goed is en wat kwaad Maar ook een gelovige kan dus onder de invloed staan van de grondregels en basisprincipes van deze wereld, onder invloed van de ethiek en de strijd tussen goed en kwaad. En deze invloed heeft consequenties voor zijn denken en zijn gedrag. Daar wil ik graag nog wat dieper op ingaan. 35

34 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication