zouden behoeven te vernederen en niet meer zouden hoeven te sterven. Integendeel, de apostel stelt ons de gezindheid van Christus ten voorbeeld. Door Gods genade mogen wij dit voorbeeld navolgen. Toen de Here de voeten van Zijn discipelen had gewassen zei Hij: “Begrijpt gij wat Ik u gedaan heb? Gij noemt Mij Meester en Here, en gij zegt dat terecht, want Ik ben het. Indien nu Ik, uw Here en Meester, u de voeten gewassen heb, behoort ook gij elkander de voeten te wassen; want Ik heb u een voorbeeld gegeven, opdat ook gij doet, gelijk Ik gedaan heb. Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, een slaaf staat niet boven zijn heer, noch een gezant boven zijn meester. Indien gij dit weet, zalig zijt gij, als gij het doet” (Joh. 13:12-17). Petrus merkte over de gezindheid van Christus op: “Als gij goed doet en dan lijden moet verduren, dát is genade bij God. Want hiertoe zijt gij geroepen, daar ook Christus voor u geleden heeft en u een voorbeeld heeft nagelaten, opdat gij in zijn voetstappen zoudt treden” (1 Pet.2:20-21). Ook Johannes gaf zijn lezers deze opdracht: “Hieraan hebben wij de liefde leren kennen, dat Hij zijn leven voor ons heeft ingezet; ook wij behoren dan voor de broeders ons leven in te zetten” (1 Joh. 3:16). Jezus als voorbeeld, Hem navolgen, in Zijn voetstappen treden, is geen roomse dwaling, maar een Bijbelse opdracht. Wij kunnen die opdracht niet in eigen kracht uitvoeren, want Paulus spoort ons aan: 80
82 Online Touch Home