23

niet, dat het koninkrijk zonder gericht zou aanbreken. Zij hadden geen vragen zoals die ons nu -als gevolg van verkeerde uitleg- benauwen. Na de opstanding van Jezus wachtten zij alleen nog op het koninkrijk. Zij werden niet opgejaagd door denkbeelden als ‘verloren zielen’ buiten de grenzen van hun volk, om die te moeten ‘redden’. Zelfs met pinksteren bleef hun boodschap: de terugkerende Koning. Wat hadden andere natiën met Hem te maken? Tot hun verbazing ontving hoofdman Cornelius de heilige geest Hand.10:44-48. Had Jezus hen dan niet naar alle volken gezonden Matt.28:19? Jazeker! Maar dan wel met het evangelie van het koninkrijk. Dat had niets te maken met een bestemming in het ‘hiernamaals’. Voor de apostelen was pinksteren, het wekenfeest, het aanbreken van het aardse koninkrijk Hand.2:16-21. De andere volkeren zouden daarin -via Israëlweliswaar heil en zegen (op aarde) ontvangen. Maar zij zouden niet aan Israël gelijk(gesteld) worden. Omdat Cornelius blijkbaar wel aan hen gelijk geworden was, waren zij verbaasd. Wij mogen nooit vergeten: als in gangbare vertalingen ‘zalig’ en ‘verdoemd’ staat, dat er letterlijk vertaald moet staan: gered en veroordeeld. Wat dit in het evangelie van het koninkrijk betekent, is al uitgelegd. De discipelen van de Heer, die vanaf het begin met Hem omgingen Hand.1:21,22, geven ons aanwijzingen. Hun houding tegenover Zijn zending, hun volk Israël en de andere natiën, toont hoe we het vermeende ‘dreigen met de hel’ van de Meester moeten zien. Als zij zich hadden vergist, dan had de Heer ze beter moeten onderwijzen, voordat Hij hen tot Zijn boodschappers maakte! 25

24 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication