120

JOZEF – Profetische vergezichten Het vorige hoofdstuk eindigde met de mededeling dat de schenker Jozef vergat. Je vraagt je af hoe dat mogelijk was. De schenker had de dood in de ogen gekeken, had een droom gedroomd en Jozef had deze droom uitgelegd. En het was gebleken dat de uitleg juist was: Jozefs voorzeggingen voor de schenker en bakker waren uitgekomen. Maar het was Gods tijd nog niet en er gingen nog twee jaren voorbij (41:1), voordat Jozef uit de gevangenis zou komen. Dan droomt ook Farao en er is niemand onder zijn ‘wijzen’ die de dromen kan uitleggen. Genesis 41 9 En de overste van de schenkers spreekt tot Farao, zeggend: Vandaag word ik aan mijn zonden herinnerd. 10 Farao was toornig op zijn dienaren, en hij plaatste mij in bewaring in het huis van de overste van de lijfwachten, mij en de overste van de bakkers. 11 En wij dromen een droom in éénzelfde nacht, ik en hij. Wij droomden, ieder zijn droom met een eigen uitleg. 12 En er was daar bij ons een knaap, een Hebreeër, een slaaf van de overste van de lijfwachten. En wij vertelden ze aan hem, en hij legde ons onze dromen uit; voor ieder legde hij zijn droom uit.

121 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication