254

JOZEF – Profetische vergezichten 14 En Israël strekt zijn rechterhand uit en hij legt die op het hoofd van Efraïm, hoewel hij de jongste is, en zijn linkerhand op het hoofd van Manasse; hij gebruikte zijn handen verstandig, want Manasse is de eerstgeborene. Jakob had zijn hele leven zelf gewerkt om Gods beloften tot stand te brengen en dat had hem veel ellende gebracht, zoals zijn vlucht voor Ezau. Ook in het buitenland bij oom Laban was hem van alles overkomen, maar aan het einde van zijn leven had hij rust en vertrouwde hij op God. Hij wordt hier dan ook consequent niet met de naam ‘Jakob’ genoemd, maar met de naam die hij kreeg toen hij het niet meer van zichzelf verwachtte, maar van God: Israël (Genesis 32:28). Kruislings Jakob zegent Jozefs zonen voordat hij zijn eigen zonen zegent. Maar er is nog iets bijzonders. Manasse was de oudste en zou de belangrijkste zegen krijgen, maar Jakob legt zijn rechterhand op het hoofd van Efraïm. Het wordt uitgebreid beschreven en er wordt gezegd dat Jozef zijn oudste zoon Manasse, bij Jakobs rechterhand zette en Efraïm bij zijn linkerhand. Maar Jakob draait het om en moet zijn handen dus kruislings geplaatst hebben. Deed Jakob dit zomaar? Nee, er staat dat hij verstandig handelde. In de Hebreeën-brief vinden we hierop een toelichting: Hebreeën 11 21 In geloof zegent Jakob, stervende, ieder van de zonen van Jozef, en hij aanbidt, leunend op het uiteinde van zijn staf.

255 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication