27

JOZEF – Profetische vergezichten Het geloof van Jozef Hier blijkt opnieuw dat de broers van Jozef, en ook Jakob, geen enkele moeite hebben met de uitleg van de droom. Ook Jozef wist wat de droom betekende én hij wist dat deze droom en de andere dromen van God waren. Jozef wist dat de dromen voorzeggingen waren (40:8; 41:6) en heeft uit de beloften van God geleefd. Ook toen hij verkocht werd door zijn broers, in het huis van Potifar en in de gevangenis, heeft hij geleefd uit Gods beloften. Hij is hiermee een (toon)beeld van het geloof van Jezus Christus. Rom.3:22,26; Gal.2:16; 3:22 Ik ben Jozef Later in de geschiedenis van Jozef, kregen de dromen een letterlijke vervulling. Ze verwijzen tevens nog naar iets anders. Dat blijkt uit het feit dat Jakob “jouw moeder” noemt (:10). Rachel leefde immers al niet meer Gen.35:19, toch zou ook zíj buigen. Profetisch verwijzen deze dromen natuurlijk naar het huis van Jakob dat eens zal buigen voor haar broeder, de Messias, Die zij verworpen hebben en waarvan zij menen dat Hij dood is. Als zij tot Hem zullen komen, zullen ze Hem in eerste instantie ook niet herkennen en dan zal Hij Zich aan hen bekendmaken. Zach.13:6 Ook dit vinden we later in de geschiedenis van Jozef: “Ik ben Jozef…” (Genesis 45:2). Alles van God verwachten Hoewel Jakob Jozef berispt, staat er ook dat hij het woord bewaarde. Jakob had inmiddels geleerd dat al zijn inspanningen er niet toe deden, maar dat hij alles van God zou verwachten en de zegen die Hij geeft. Gen.32:26 Hoewel hij wel de betekenis van de droom wist, kon hij het nog niet plaatsen.

28 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication