In de Nieuwe Bijbelvertaling komt het woord ‘hel’ niet meer voor. De ‘hel’ is er niet meer. En dan zie je het merkwaardige verschijnsel, dat het woord ‘hel’ weg is, maar het begrip, het concept ‘hel’ er nog steeds is. In 99 van de 100 kerken wordt er nog steeds gesproken over de hel. Maar nergens in de Schriften is er sprake van een ‘hel’. Dus wanneer er in een samenkomst iemand een boodschap brengt, waarin hij spreekt over de gevaren van de hel, dan kun je deze boodschap rustig naast je neerleggen. Want het is gewoon niet waar. Er is geen hel. Zo’n boodschapper spreekt over ‘deinende schapen’. Terwijl er staat: ‘deinende schépen’. Begrijp je nu, hoe belangrijk het is om een Bereeër te zijn? Wanneer ik ergens in een gemeente kom, en de voorganger begint te praten, dan weet ik binnen vijf minuten of ik wel of niet naar zijn boodschap moet luisteren. Zo’n voorganger spreekt bijvoorbeeld niet de woorden van de Schriften. Maar hij predikt theologische veronderstellingen. Woorden van menselijke wijsheid. Die in Gods ogen dwaasheid zijn. Die voorganger dénkt dat hij een boodschapper van het licht is. Maar dat is hij niet. Hij is een boodschapper van de duisternis. Want hij verkondigt onwaarheden over God. Die voorganger praat over ‘deinende schapen’. Maar ik weet dat het ‘deinende schépen’ zijn. De afgelopen twintig jaar heb ik maar één boodschap voor mijn broeders gehad: Handelingen 17, de Bereeërs. Ik roep al jaren: ‘Waar zijn de Bereeërs?’ Ik ken een zeer vooraanstaande broeder, die eens tegen mij gezegd heeft: ‘Wat de kerk nodig heeft, is een opwekking.’ 166
161 Online Touch Home