322

Nee, want die rechtvaardigheid van God, los van een wet, was er altijd al. Want, zegt dit juridische document, deze rechtvaardigheid van God, los van een wet, stond al opgetekend in de wet en de profeten. De wet en de profeten is de technische term voor de Hebreeuwse geschriften. Die geschriften staan bekend onder de naam ‘het Oude Testament’. Dat die rechtvaardigheid van God, los van een wet, in de wet en de profeten opgetekend staat, is het bewijsmateriaal, dat die rechtvaardigheid van God, los van een wet, gelegitimeerd is. De advocaat van de verdediging doet een beroep op dit bewijsmateriaal, om aan te geven, dat God rechtvaardig handelt, wanneer Hij zijn rechtvaardigheid, los van een wet, gaat gebruiken in zijn oordeel over de gehele wereld. Ziet u dat Romeinen 3:19-26 een juridisch document is? Alles wordt gedocumenteerd. Alles wordt haarscherp geformuleerd … Die rechtvaardigheid van God, los van een wet, waarvan de wet en de profeten getuigen, was verborgen. Dat wel. Maar het is nú openbaar geworden. Romeinen 3:22 (aangescherpte vertaling): “echter, rechtvaardigheid van God, door het geloof van Jezus Christus, voor allen, die geloven, want er is geen onderscheid …” Ook in deze zin is er het woordje ‘echter’. Het woordje ‘echter’ is, zoals u weet, een voegwoord ter verbinding van twee zinnen, waarbij de tweede zin opkomt tegen een gevolgtrekking die men uit de eerste zin zou kunnen afleiden. Welke gevolgtrekking zou men uit de vorige zin kunnen afleiden? De vorige zin zei, dat er nú rechtvaardigheid van God is, los van een wet. 333

323 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication