342

Hij bleef liggen … Hij had overal pijn. Hij proefde ook bloed. Toen zei de Heer tegen hem: ‘Sta op, ga door, hou vol, je bent er bijna.’ In zijn droom stond mijn broeder moeizaam op. Hij was doodop. Maar hij wankelde verder. Langs steile afgronden … En toen kwam mijn broeder in zijn droom plotseling op een schitterende rustplaats. Het uitzicht was nog mooier dan op zijn eerste rustplaats. Het was werkelijk buitengewoon. Mijn broeder keek zijn ogen uit. Ja, dat was al die moeite wel waard geweest. Mijn broeder besloot in zijn droom om op die plek te blijven. Mooier dan dit kon het niet worden. Het eten en de drank was nog beter dan op de vorige plek. Dit was geen paradijs. Dit was een super-paradijs … Mijn broeder zei in zijn droom: ‘Dank u, Heer, voor deze plaats.’ Mijn broeder was er zeker van dat deze plaats de bedoeling van de Heer was geweest. Een knappe jongen, die hem hier wegkreeg … Na een tijdje hoorde mijn broeder in zijn droom weer dezelfde stem. De stem zei: ‘Ga hoger de berg op.’ Mijn broeder protesteerde. Hij zei: ‘Heer, u hebt mij hier zelf heengebracht. Het is hier fantastisch. Ik wil hier niet weg.’ Maar de stem zei kalm: ‘Ga hoger de berg op.’ Mijn broeder begreep dat protesteren geen zin had. Hij kwam diep zuchtend overeind. Hij ging het steile pad weer op … Na een paar honderd meter werd hij omhuld door wolken. Hij zag niets meer. 353

343 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication