grimmigheid over de Israëlieten afgewend, doordat hij zich in hun midden met ijver voor Mij heeft ingezet, zodat Ik de Israëlieten niet in mijn na-ijver vernietigd heb. Zeg daarom: Zie, Ik geef hem mijn verbond van vrede: hij, en zijn nageslacht na hem, zullen het verbond van het eeuwige priesterschap hebben, omdat hij zich voor zijn God heeft ingezet en verzoening voor de Israëlieten heeft gedaan” (Numeri 25:1-13). Uit Numeri 31:16 weten we, dat de uitnodiging om aan de afgodendienst van Moab deel te nemen een list was, bedoeld om Israël te verzwakken. Koning Balak was bevreesd voor het Joodse volk en had de ziener Bileam ingehuurd om de Israëlieten te vervloeken. Doordat God de tong van de profeet bestuurde had Bileam hen echter alleen maar kunnen zegenen. Toch had hij bij zijn afscheid Balak nog een sluwe raad gegeven: “Israëls kracht is gebaseerd op de band met haar God. Indien u erin slaagt om die band te verbreken zal de kracht verdwenen zijn. Nodig de Israëlieten uit voor uw offerfeesten. Indien zij zich daar aan Baäl-Peor verbinden worden ze hun eigen God ontrouw. Dan hebt u uw doel bereikt” (Numeri 31:16, vgl. Openbaring 2:14). Ogenschijnlijk had Balak succes. Israël ging “hoererij bedrijven” (zowel letterlijk, in de vorm van tempelprostitutie, als figuurlijk – door afgoden te gaan dienen). Er brak een dodelijke ziekte uit, “de plaag” (Numeri 25:9, 31:16) en “er vielen er op één dag drieen-twintigduizend” (1 Korinthe 10:8). Mozes gaf opdracht dat alle familiehoofden opgehangen moesten worden. Zij hadden hun verwanten moeten beletten om op Moabs uitnodiging in te gaan. Bovendien moesten de rechters ieder ter dood brengen die zich aan Baäl-Peor had verbonden. Zulke mensen hadden trouwbreuk gepleegd waardoor Gods toorn was ontbrand en de plaag was ontstaan. 109
101 Online Touch Home