137

Voorgesteld als zoenmiddel Over de Messias schrijft Paulus dat God Hem heeft “voorgesteld als zoenmiddel door het geloof in zijn bloed” (Romeinen 3:25). Het Griekse werkwoord protithemai, dat door het NBG met “voorgesteld” is vertaald, komt nog op twee andere plaatsen voor. Op die plaatsen is het met “zich voornemen” vertaald: “Ik wil niet dat u onbekend is, broeders, dat ik mij dikwijls voorgenomen heb tot u te komen…” (Romeinen 1:13) “naar zijn welbehagen, dat Hij [God] zich had voorgenomen in zichzelf aangaande de bedeling van de volheid der tijden…” (Efeze 1:9) Gezien het vervolg van Paulus’ betoog ligt het voor de hand om protithemai ook in Romeinen 3:25 met “zich voornemen” te vertalen. God heeft vóór de grondlegging der wereld al besloten dat de Messias als “zoenmiddel” zou fungeren. Hij was voordat Hij begon te scheppen al van plan om de schepping door zijn Zoon te vervolmaken. Hij “plande” of “beoogde” de Messias als hilasterion. In de Septuagint, de beroemde Griekse vertaling van het Oude Testament die door Joodse geleerden uit Alexandrië is gemaakt, is het woord hilasterion een aanduiding van het “verzoendeksel” van de ark die zich bevond in de tabernakel. Ook in de brief aan de Hebreeën heeft hilasterion die betekenis (Hebreeën 9:5). Romeinen 3:25 is op dit spraakgebruik geen uitzondering. Israëls hogepriester moest éénmaal per jaar het bloed van de zondoffers 30 sprenkelen. Eerst óp het verzoendeksel, “aan de voorzijde”, en daarna vóór het verzoendeksel, zevenmaal (Leviticus 16:14-15). Mozes tekent daarbij aan: 30 Een stier voor zichzelf en een geitenbok voor het volk. 150

138 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication