162

Een evangelische variant Een hoogleraar die afkomstig is uit de Vergadering van Gelovigen schreef over Romeinen 5: “In vs.18 gaat het om het aanbod van genade; we lezen daar over ‘alle mensen’, en Paulus gebruikt het voorzetsel ‘tot’: ‘het [strekt] door één gerechtigheid tot alle mensen tot [de] rechtvaardiging van [het] leven’ (Telosvert.), d.w.z. alle mensen kunnen van de door Christus bewerkte gerechtigheid profiteren; de gevolgen van zijn werk strekken zich uit tot alle mensen. In vs.19 daarentegen gaat het niet om het aanbod, maar om de feitelijke aanvaarding van de genade; het gaat er om hen die daadwerkelijk ‘tot rechtvaardigen gesteld worden’. Maar hier is dan ook geen sprake van ‘alle mensen’ maar van ‘de velen’. Zeker, deze uitdrukking zou ook alle mensen kunnen omvatten - in vs.19a is dit inderdaad duidelijk het geval! - maar dit hoeft niet, integendeel, daarvoor is het verschil dat Paulus hier tussen ‘alle mensen’ en ‘de velen’ maakt, te treffend. In vs.18 bedoelt hij tweemaal de héle mensheid; maar in vs.19 plaatst hij als het ware twee families tegenover elkaar: ‘de velen’ die ressorteren onder de eerste Adam en ‘de velen’ die ressorteren onder de laatste Adam.” 47. We zouden de gedachtengang van deze schrijver als volgt kunnen samenvatten: Als Paulus het in Rom.5 heeft over ”alle mensen”, dan bedoelt hij de hele mensheid. Maar als hij spreekt over ”de velen”, dan duidt hij daarmee de groep mensen aan die met een bepaalde stamvader is verbonden. De ”familie” van Christus is kleiner dan de ”familie” van Adam. Christus’ offer was groot genoeg om voor de zonde van alle mensen te betalen en dat offer wordt aan iedereen aangeboden. Maar in de praktijk 47 Ouweneel, W.J. Alverzoening: besproken en weerlegd. Vaassen 1995, pag.3334. 175

163 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication