99

De band tussen offerdier en offeraar was zo sterk dat die twee in feite één waren. In beeld legde de offeraar zijn eigen leven af, en gaf dit over aan God. Uit de symboliek van het brandoffer blijkt dat God hartelijke toewijding van zijn schepselen nastreeft en “alles in allen” wil worden (1 Korinthe 15:28). Alles in hen, niet in een plaatsvervanger! Zodat ze Hem volmaakt zijn toegewijd. Een merkwaardige geschiedenis Wat God door middel van verzoening zal bewerkstelligen blijkt uit een merkwaardige geschiedenis die Mozes heeft opgetekend: “Israël verbleef in Sittim, en het volk begon hoererij te bedrijven met de dochters van Moab. Die nodigden het volk uit bij de offers van hun goden, en het volk at en boog zich voor hun goden neer. Toen Israël zich zo aan Baäl-Peor koppelde, ontbrandde de toorn van de HEERE tegen Israël. De HEERE zei tegen Mozes: Neem alle hoofden van het volk en laat hen voor de HEERE in de volle zon ophangen, zodat de brandende toorn van de HEERE van Israël afgekeerd wordt. Toen zei Mozes tegen de rechters van Israël: Ieder moet zijn mannen doden die zich aan Baäl-Peor gekoppeld hebben. En zie, een man uit de Israëlieten kwam en bracht een Midianitische vrouw bij zijn broeders, voor de ogen van Mozes en voor de ogen van heel de gemeenschap van de Israëlieten, terwijl zij huilden bij de ingang van de tent van ontmoeting. Toen Pinehas, de zoon van Eleazar, de zoon van de priester Aäron, dat zag, stond hij op uit het midden van de gemeenschap, nam een speer in zijn hand, ging achter de Israëlitische man aan het slaapvertrek in, en doorstak hen beiden, zowel de Israëlitische man als de vrouw, door hun buik. Toen werd de plaag over de Israëlieten tot stilstand gebracht. Het aantal van hen, die aan de plaag stierven, was vier-entwintigduizend. Toen sprak de HEERE tot Mozes: Pinehas, de zoon van Eleazar, de zoon van de priester Aäron, heeft mijn 108

100 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication