59

8. BEDRAG HEFFING VENNOOTSCHAPSBELASTING Samenwerkingsverbanden zijn vrijgesteld voor de vennootschapsbelasting, indien aan drie cumulatieve voorwaarden is voldaan: 1. De activiteiten van het samenwerkingsverband moeten worden verricht voor de onmiddellijke of middellijke participerende publiekrechtelijke rechtspersonen. 2. De activiteiten zouden bij de participanten in het samenwerkingsverband niet tot belastingplicht hebben geleid of zouden zijn vrijgesteld als zij de activiteiten zelf zouden hebben verricht. 3. De participanten moeten naar evenredigheid van de afname van de activiteiten van het samenwerkingsverband bijdragen in de kosten van het samenwerkingsverband. Bij een gemeenschappelijke regeling wordt geacht hieraan te zijn voldaan. Nadrukkelijk is deze vrijstelling bedoeld voor activiteiten aan of ten behoeve van de deelnemers aan een samenwerkingsverband en niet voor activiteiten ten behoeve van of aan een derde partij. De vrijstelling heeft alleen betrekking op de winst die wordt gerealiseerd door levering aan de deelnemende gemeenten. Wanneer de winst wordt gerealiseerd in verband met de levering aan derden, moet hierover in beginsel vennootschapsbelasting worden betaald. De GMR verricht voor derden vooral werk voor “activiteiten verricht in verband met de uitoefening van een overheidstaak of van een publiekrechtelijke bevoegdheid”. Daarbij worden de werkzaamheden kostendekkend uitgevoerd. De organisatie voldoet aan bovenstaande drie voorwaarden en is derhalve vrijgesteld voor de vennootschapsbelasting. 59

60 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication