40

40 vrij en begint er al snel gras te groeien. Als de waterstand nog verder wordt verlaagd, kan er graan op het veen worden verbouwd. Als het water uit het veen wordt afgevoerd, zakt de grond al snel in. Als gevolg van de oxidatie van de veenresten zet die maaivelddaling zich naderhand langzaam maar langdurig door. Na verloop van tijd komt het maaiveld daardoor zo laag te liggen dat akkerbouw niet langer lonend is. De grond kan dan nog wel als weiland worden gebruikt, maar graan kon in de Middeleeuwen worden verkocht en voor zuivelproducten bestond er toen nog geen markt. Aansluitend bij hun hun eigen grond hebben de boeren daarom het volgende stuk veen ontgonnen. Zo is de lange strokenverkaveling ontstaan die kenmerkend is voor de veenontginningen in Nederland. Wie een stuk veen wil ontginnen, begint bij het graven van greppels bij een natuurlijke waterloop. Door het bochtige verloop van de Lauwers lopen de kavels in de Surhuzumer Mieden niet allemaal in dezelfde richting. Toen de boeren die later zijn begonnen met de ontginning hun percelen wilden verlengen, moesten ze rekening houden met de verkavelingsrichting van de percelen die al door de eerste kolonisten waren verlengd. In het kaartbeeld is dat nog goed te zien. Dorpsverplaatsing In bepaalde perioden van het jaar is akkerland erg bewerkelijk. Daarom woonden de boeren graag dicht bij hun akkers. Omdat houten huizen na enkele decennia herbouwd moeten worden, lag het voor de hand om de nieuwe huizen zo dicht mogelijk bij het akkerland bouwen. Ook in Surhuzum is de bewoningsas geleidelijk verplaatst van de Lauwers naar de huidige Dorpstraat. Dat blijkt uit de plaats waar vroeger de kerk heeft gestaan. De resten van die vroegere kerk zijn namelijk ongeveer 2 km ten noordoosten van het dorp aangetroffen op de kavel waarop ook de huidige kerk staat. Bekend is dat er in Surhuzum omstreeks 1850 vooral ten zuidoosten van de Dorpsstraat akkerland lag. Ophûs had de volgende bewoningsas moeten worden, maar door de steenbouw is het daarvan niet gekomen. Ten zuiden van Surhuzumer Mieden is langs de Lauwers de nederzetting Koartwâld ontstaan. Die nederzetting is jonger dan Surhuzum, want de verkaveling van Koartwâld loopt dood tegen die van Surhuzum. Ook de naam Koartwâld wijst op een ontginning van later datum. De uitgang ‘-wâld’ doet tegenwoordig denken aan hoog opgaand bos, maar in de Middeleeuwen was dat de aanduiding voor een gebied dat door dichte begroeiing moeilijk toegankelijk was. Langs de Lauwers zullen dat elzenstruiken zijn geweest.

41 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication