Wildernis man : Ik heb geen geld. Ik heb alleen maar een broek en een fluit. Stadse man : Nou geluk ermee. Ik ga er nu vandoor. Wildernis man : Goed zaken gedaan. Stadse man : Ik kan me niet meer bewegen. Wat heb je gedaan ? Wildernis man : Je hebt je nooit kunnen bewegen. Het waren slechts illusies. Stadse man : He doe nou niet zo flauw. Ik heb jou toch ook niets gedaan. Laat me gaan. Wildernis man : Geen sprake van. Je bent een verbale aanrander. Op heterdaad betrapt en gearresteerd. Stadse man : Je bent de politie toch zeker niet. Dan ben je toch echt verkeerd bezig. Ik doe geen vlieg kwaad. Maak me los. Wildernis man : Ik maak niks los. Stadse man : Dan roep ik Kakia. Wildernis man : Dan roep ik Areta. Stadse man : Die komt toch nooit. Ik heb het eens geprobeerd, maar ze kwam niet, en toen heb ik maar voor Kakia gekozen. Lekker makkelijk. Lekker uit eten met haar iedere donderdag avond. Lekker romantisch, lekker kip eten. Wildernis man : Ze heeft je versteend. Stadse man : Is ze een heks ? Wildernis man : Nou en of. Wat denk je. Stadse man : Alsjeblieft help me dan. Wildernis man : Help jezelf. Lees wat meer boeken, doe wat meer onderzoek voordat je je mond lostrekt. Stadse man : Alsjeblieft. Wildernis man : Heb je gehoord wat ik zei ? Stadse man : Alsjeblieft. Wildernis man : Dit is hopeloos. Er is scheiding tussen de wildernis man en de stadse man, zware scheiding, in de shaban maand. Ze kunnen elkaar niet verstaan, komen niet dichter tot elkaar. De wildernis man moet gaan tot de ramadan in de wildernis. Hij kan niet bij de versteende stadse man blijven staan. Langzaam verstenen ook de kaken van de stadse man, en hij kan niet meer spreken. Er komen kakiaitische vrouwen langs op hoge naaldhakken met lange bloedrode nagels. Hij zou ze graag op de billen
1158 Online Touch Home