De kroon draait, en het verleden verandert, Het steekt nu niet meer, Alles is nu zacht, Het steekt lang zo erg niet meer, Alleen het zachte steekt, Als zachte bakkers bomen. Deze vissen steken zacht, Ik zwem dieper, Tot de zeeen van vanille, Tot haar tempelen, Nooit kan ik daar iets aanraken, Maar het verandert mij, Mijn gehele verleden, Alles is nu anders. Een poort opent in mijn hoofd, Daar waar de zwarte hond rende, Neem mij mee, Op een tocht door de zee, Opdat ik de bakkers kroon zal zien, Nu draai ik, Met echo's in mijn hoofd, Zij veranderen de betekenissen, Vanille heeft mij hard geslagen. Het trauma is diep, De kok weet haar te veranderen, Want hij draagt de kroon van de bakker, Een oranje octopus op zijn hoofd, Het eet zijn weg naar binnen, Het baant zijn weg, als de zwarte hond. Alles is brei in zijn hoofd nu, Hij zit daar maar, en beweegt zich niet, En dan al die bakkerman's gezichten, Zij doen het werk voor hem. Heilige maskers zijn het, In de tempel van Vanille. Vanille in mijn hoofd, De zwarte bloemen verwelken niet, Zij rijzen op vol trots. Vanille in mijn hoofd, Ik draai er niet omheen, Ze draaien alles om. Het is komen en gaan, Zij blijft nooit lang,
231 Online Touch Home