745

13 Onthoud de tucht niet aan de knaap; slaat gij hem met de stok, hij sterft er niet van; 14 gij slaat hem wel met de stok, maar redt zijn leven van het dodenrijk. Wijnverslaafden en eetverslaafden willen alle pijn ontwijken. Ze voelen het niet meer, willen het niet meer. Zij hebben het wijnpaard niet leren berijden. Zij tuchtigen zichzelf niet. Paulus sprak : Ik tuchtig mijn lichaam en houd het in bedwang. De mens is in oorlog met zijn lichaam. Dit lichaam, als de mens eraan zou toegeven, zou de mens ten verderve leiden. Ik zeg het nogmaals : De mens is in oorlog met zijn lichaam. Zijn lichaam heeft de oorlog aan hem verklaard. Daarom moet de mens strijden, en zijn lichaam leren berijden. In de bibelebonse wijn is het wijnpaard een zeer woest beest. Dat is wat het lichaam is. Vreemde wijn vloeit er door zijn aderen. En dit paard had Joost eens gekocht bij een vrouw. De mens krijgt het mee in de baarmoeder, en de mens moet het leren berijden. hoofdstuk 56 het kindervuur We moeten met het minste leren leven. Dat geldt ook voor het geestelijke, woord voor woord, en veel stiltes er tussenin. Het gaat er niet om telkens machtige geestelijke ervaringen te hebben. We mogen sieraden rijgen van de kleine kraaltjes die we krijgen. Accepteer het kleine, het weinige. Vraag niet om meer, maar om minder. Werk met het weinige wat je hebt. Het weinige heeft een echo die je dieper leidt. Het vele houdt je aan de oppervlakte. Als je om diepte vraagt vergeet dan niet om om het mindere te vragen. Een kind kan loslaten en zich verwonderen over het subtiele wat niemand anders ziet. Het kind heeft geen behoefte aan volgelingen. Daar is het kind te vergeetachtig voor. Het kind heeft andere dingen aan zijn hoofd, die niemand anders in zijn hoofd heeft. Elk kind is hierin uniek. Geen kind is hetzelfde, maar volwassenen zijn allemaal hetzelfde. Zij hebben geen oog meer voor het mindere, maar alleen voor het meer. Een kind ziet andere dingen, want het kind is nog steeds in contact met de hemelse bron. Het creatieve vuur van het kind zijn is niet hetzelfde als het verwoestende vuur van de volwassenen. Het kindervuur is een vuur van liefde en openbaring, liefde voor het leven, bewondering van het leven. Een kind is niet vraatzuchtig, maar nieuwsgierig en avontuurlijk, vindingrijk. De taal van het kind wordt door volwassenen niet verstaan. Het kind stoort zich daar niet aan want hij is immers kind. Zijn belevingswereld is zijn leven en de bewondering voor het leven. Zijn belevingswereld is mooi omdat het uniek is en spontaan, ongedwongen, terwijl de belevingswereld van de volwassene een verschrikking is omdat het opgelegd is en voor geld is, en hierin zijn ze allemaal hetzelfde. De volwassene heeft geen respect en bewondering voor het leven. Hij weet alles al, denkt hij. En zijn weg is de enige weg. Zo zijn ze allemaal hetzelfde, als een zakenverbond. Het zijn saaie, laffe hufters. Ze durven niet anders te zijn. Het volwassenenvuur verteerd hen, maar toch gaan ze door. En als het kind volwassen is geworden, dan is zijn leven eigenlijk al over. Maar er zijn ook kinderen die altijd kinderen blijven. Laat het kindervuur je daarom vullen en wees als de kinderen, en verhinderd hen niet, want voor hen is het paradijs en de schat van de kennis weggelegd, en het

746 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication