leven te wekken, John Lennon en de indiaanse stammen die hij met zich droeg, alle kinderen van het flower power tijdperk en hen die tot de veren waren gekomen. Hij is daarom ook een soort Renok die in het eeuwig evangelie de stammen droeg, de verzetsstrijder die naast Jezus hing aan het kruis, en waarvan Jezus zei : 'heden zult gij met mij in het paradijs zijn.' Boek 86, het halssnoer, zegt hierover : 1. Jij zou mijn hoofd vasthouden zoals niemand ooit kon doen, en als ik de kloppingen van jouw hart hoorde, kon ik mijn hoofd laten rusten en veilig slapen. De dingen die jij me vertelt kalmeren mij, het is als staande op een heuvel van dromen. 2. Ik ben wachtende op de dag dat ik je weer zal vinden. Plaats van veren, nemende de lasten weg van mij, je leidt me naar de zachte, zachte rivier, als het slaaplied dat je zingt. 3. Oh, stem van veren, alsjeblieft laat me in. Als het ritme van een lange verloren droom, dring je zacht door. Maar ik ben op de vlucht. 4. Roos, zo traumatisch, de herinnering buigt. 5. Ik kan hun geuren ruiken. 6. Het heeft me gebeten, nu draag ik het merk, een fragiele stroom glijdt diep naar binnen, het houdt nooit op, het trilt als de ziel van de bloem. 7. En het bijt me lager, ‘k heb nu nog een merk, als een vreemd litteken onderwater. Mijn visioenen verdrinken hier, mijn gevoelens trillen weer. 8. Als de bliksem stond ze voor me, als de roos. Maar het is allemaal maar een herinnering, 9. Het breekt, en dan gaat het terug in de geschiedenis, als een plaats waar het schuilt, als een plaats waar het brult. 10. Ik zit vast in een gevangenis, kan me niet bewegen, er is zoveel dat ik mis, maar een steen in mijn hand leidt me door dit dromenland. Door het geluid van de stilte, en de kleur van duisternis, hoor ik altijd jouw zachte stem als een fluistering, of verbeeld ik me het maar. 11. Zij die als de gele morgen is, Zij is dan het raadsel van de oude tijden, de hoeder der tranen en de leidsvrouwe der heiligen en gezuiverden. 12. Hij is de woedende traan, en de traan van oorlog. 14. Buiten staan zijn geweren in standaarden op het gras, gewoon tussen de huizen, en pakte hij jou, maakte hij jou. 15. Kijk naar omhoog en vang de regen op, wanneer de zwarte regen tegen je heeft gestreden. 16. Al die soldaten tegen jou, zij zullen altijd tegen je strijden. 17. Altijd heeft hij tegen je gestreden, totdat je het verborgene ontdekt. 18. Ik weet, je leeft in bevroren dromen ... ik weet je leeft in stenen verborgen … 19. Op de muren loopt hij, naar binnen kijkt hij niet. 20. Leidt mij tot het rode, door de ruiten heen, dieper in de kasten. 21. Kom tot mijn kasten, mijn geweren in standaarden tussen de ruiten en de huizen. 22. Loop rondom mijn muren, loop eroverheen, kijk niet naar binnen, maar naar mij, als het harde in de straten valt, wie bracht jou naar de overkant. 23. De littekenen zijn als vuur. Wie heeft jou gevonden en wie sloeg jou stuk ... wie gaf jou de kus
893 Online Touch Home