907

zijn. hoofdstuk 57 d-day in de kerk Calvijn's werk is een wereld op zich, zeker niet zonder gevaren vanwege de vele roofdieren die op de loer liggen, dus je moet je geestelijk ook zeker goed bewapenen en bewaken. Calvijn's werk bestaat uit prachtige tuinen en prachtige wildernissen, maar vol met roofdieren, zowel katholiek als calvinistisch, dus je moet zeker op je hoede zijn. Het is als het teruggaan naar de jaren 1500 en 1600. Dit is het fundament van het huidige Nederland. Niemand komt dus zomaar om Calvijn heen. Er moet mee gewerkt worden. Er moet aan gebouwd worden, en er is al veel gebouwd. Veel moet afgebroken worden, veel moet veranderen, en op veel moet gewoon verder gebouwd worden. Je komt in een geestelijke wereld op zich, een woeste zee met eilanden en landen. Calvijn had zijn roofdieren ingezet om tegen het katholieke dwangbewind te strijden, wat een materialistisch, eenzijdig, nationalistisch dwangbewind was. Nederland kon er niet omheen. Het was slechts de eerste stap van de reformatie, en daarna zou de regressie moeten komen. Dat Calvijn een gevaar op zich was is bekend, maar we moeten het zien in de context van die tijd. Zowel in de bijbel als in het werk van Calvijn liggen grote gevaren, maar dat neemt niet weg dat we ermee moeten werken, om het tot sieraad te strekken, want cultuur kun je niet zomaar wegwerpen alsof het nooit heeft bestaan. Er ligt een grote buitenaardse druk. De draak met zijn vele stemmen had zich in de hoofden van de mens genesteld, maar in mijn droom was de draak verslagen. Wel lagen de overblijfselen van de draak nog overal, dus moest het verwerkt worden. Ik was op zolder bij iemand, een grote donkere, prachtige zolder, en ik lag aan de ene kant en de andere persoon lag aan de andere kant, en we spraken. Het was de regressief gereformeerde gemeente, en de wereld was regressief calvinistisch, het calvinisme een kwartslag gedraaid, gezuiverd, gezift, en de wereld was in de eeuwige sabbatsrust gekomen. Wel lagen de overblijfselen van de draak nog overal, en het kon de mens nog flink teisteren. Daarom was het werk nog niet afgelopen. De persoon op het zolder worstelde nog met veel onzekerheid en twijfels. Ik kan me herinneren hoe ik uitzag naar de nieuwe dag in dit dorp. Het was een prachtig dorp. Elke dag was een belevenis. In 1944 was de vrijmaking in Nederland o.l.v. Klaas Schilder om zich los te maken van dwangmatige synodale bevelen van de oudere gereformeerde kerk. Klaas Schilder wilde geleid worden door het hemelse woord, en niet wat allerlei kerken besluiten. Deze vrijmaking was dus zeer belangrijk, en hij kreeg tegelijkertijd ook een schop onder zijn kont, want hij werd hierdoor in de ban gedaan. Vanwege de oorlog was het al een moeilijke tijd, en moest hij ook onderduiken. Hij kreeg het dus dubbelop. Ik heb vaak dromen over een woeste Klaas Schilder, woedend op de kerk, woedend op zijn eigen spul, en wat hem was aangedaan. Hij zei dat hij niet anders kon. Vandaar om Klaas Schilder en de nederlandse vrijmaking te helpen is het ook van belang een exegese op zijn werk te stellen, enigszins te verbeteren en te verdiepen, om ook hem te doen kalmeren. Hij is nog steeds een belangrijke predikanten-vader. De woede van Klaas Schilder is niet te onderschatten, want het is de woede van God, oftewel de natuurwoede, als een natuurverschijnsel. Het roept om uitleg. Lang heeft Klaast Schilder niets meer van zijn eigen werk willen weten omdat het te

908 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication