33

In het Aramees was de doortocht door de gespleten zee een zekere doofheid tot het ego. De mens leert hier het luisteren naar en gehoorzamen van het ego af. Tsephan-yah is dus het exodus mysterie. Exodus 21 is één van de grootste struikelblokken, want dat gaat over slavernij, maar toch is het aanbevolen om dan de grondteksten, de contexten en de diepere esoterische betekenis erbij te halen : 2Wanneer gij een Hebreeuwse slaaf koopt, zal hij zes jaar dienen, maar in het zevende jaar zal hij om niet als een vrij man weggaan. Het woord voor kopen, qanah, Hebreeuws, wordt gebruikt voor Eva die tot de gnosis komt, dus dat pad moeten we even volgen hier, ook in de vorm van het vrijkopen van zielen, wat hier ook een kwaliteit van God is. De westerse bijbels hebben dit allemaal verletterlijkt. Ook is "scheppen" één van de betekenissen. Het kan vergeleken worden met de zes "dagen", zes tijdperken, waarin de aarde werd geschapen, en dan op de zevende dag is de rustdag, maar hier betekent "vrij" ook fysiek extreem zwak gemaakt, gevallen tot onderdanigheid, chophshiy. Het Aramees spreekt over een overdracht, een vertaling, dus eigenlijk van opvoeding komen tot educatie, van de moeder tot een bijmoeder of vrouw. De gnosis gaat zich hier dus verdiepen en vertalen, zodat de mens op een nieuw niveau komt. Het woordje dienstknecht of slaaf, abad, kan ook gewoon aanbidder van God betekenen. Het is schandalig hoe eenzijdig het vertaald is in veel westerse vertalingen. Het kan ook gewoon diendende profeet of Leviet betekenen. Het zevende jaar is het moment van verbreking, waarin veranderingen plaatsvinden, waarop de dienstknecht van God een nieuwe koers zal gaan. 7En wanneer iemand zijn dochter als slavin verkoopt, zal zij niet weggaan zoals de slaven weggaan. Dit is heel zwak vertaald in vele westerse vertalingen, want dochter kan in zowel het Hebreeuws als Aramees ook onderdeel betekenen, dus als een dochter-village of dochter-onderneming, waarin dochter een metaforische betekenis heeft. Het gaat hier om een deel-realiteit, en hierin is de aanbidder van God blijvend, als beeld van het eeuwig huwelijk of een eeuwige relatie. 26Wanneer iemand het oog van zijn slaaf – of het oog van zijn slavin – raakt en het vernielt, zal hij hem om zijn oog vrijlaten. In het Aramees staat er ook : als iemand het kwaad (ego) van de dienstknecht vernielt, en dan verder in het Hebreeuws : dan leidt dit tot toewijding (zwakte). Het ego staat namelijk tussen de mens en God in, en geeft de mens valse sterkte, zodat de mens vaak ook weer een dienstknecht is van het kwaad. In de mythe van Simson was hij tot slaaf van de Filistijnen gemaakt, en waren zijn ogen uitgestoken, als een beeld van dat God dit had gebruikt als een roede om Simson los te slaan van zijn individuele ego, en daardoor ontving Simson in zijn zwakte bovennatuurlijke kracht om de pilaren waaraan hij geketend was te breken. De gehele tempel stortte hierdoor in, en zo werden zijn vijanden, het collectieve ego, vernietigd.

34 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication