16

Het is weggeslonken, weggerot, En het zal zijn pad niet terugvinden, Het heeft zijn tijd gehad De Giechelaar Ze giechelde altijd als ze hem zag. Ze was hem aan het schminken voor de voorstelling. Zijn ouders kwamen ook. 'Is dat je nieuwe vriendin ?' vroegen ze toen ze haar zagen. Hij knikte. 'Ze heeft brede heupen,' zei z'n moeder. Na de voorstelling nam het meisje hem apart. 'We gaan morgen naar je ouders,' zei ze. Dat stelde ze zo vast. Hij had niets in te brengen. Het was bijna weekend. Geen school, en geen voorstellingen. Toen ze het weekend bij zijn ouders waren was zijn tante er ook. Ook zijn tante zei dat ze hele brede heupen had. Het gegiechel werd eigenlijk alleen maar erger. Ze gaf hem een beertje waarop geschreven stond : 'friends forever', maar na een paar dagen wilde ze het terug, omdat ze het zo'n leuk ding vond. En ze giechelde. Hij noemde haar 'de giechelaar'. Altijd voor de voorstellingen schminkte ze hem op, en ze giechelde dan altijd. Iemand besloot eens de voorstelling te filmen, en toen giechelde ze ook. De video banden werden verkocht, en ze kreeg er geld voor, en ze giechelde. Hij kreeg geen geld, want hij had slechts een bijrol. Het was een project van school. Ze gingen er stad en land voor af. In een grote bus gingen ze door het hele land. Hij leerde zo wel de wereld kennen. Hij herinnerde zich hoe ze elkaar door de voorstellingen beter leerden kennen. Eens waren ze in de bus, en hij dacht eraan dat zij wel zijn vriendin kon worden. Het was alsof hij haar hoorde giechelen in zijn hoofd, en hij lachte. Maar sinds ze zijn vriendin daadwerkelijk was lachte hij steeds minder om haar giechelen. Hij vroeg zich af waarom ze altijd zo giechelde. Op een dag besloot hij het haar te vragen. Ze giechelde. Hij had het wel verwacht, maar ze gaf geen antwoord. Zo was ze wel vaker. De giechelaar reed op zijn fiets door de straten. Hij had een hele lange baard. Hij verkocht oude rotzooi. Als het hem lukte iets te verkopen dan giechelde hij altijd. Dat verhaal had hij eens in een boek gelezen en hij dacht er weer aan. Hij besloot het boek nog eens te lezen. Ze giechelde eigenlijk zoveel dat het heel moelijk was haar beter leren te kennen. Het was als een afweer mechanisme. Hij kon niet tot haar doordringen. Hij zei tegen haar dat hij een boek over de

17 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication