lopen kwam hij bij de brug aan. De brug ging de rivier over, maar ergens halverwege stopte het. Ook de rivier scheen ergens in het niets te verdwijnen, wat verder van de kust. De man ging de brug op, maar direct kwamen er grote vogels op hem af die hem begonnen te pikken. 'Terug, terug,' krijsten de vogels. Maar de man had een stok bij zich en sloeg de vogels van zich af. Toen hij doorliep werd hij even later wakker in zijn kamer van het huisje van het flessenvrouwtje. Het flessenvrouwtje stond naast zijn bed, en glimlachte naar hem. 'Heb je mijn zusters ontmoet ?' vroeg ze. De zwerver keek op en sprak : 'Ja, maar was het echt, of was het een droom ?' 'Het kwam door de flesjes,' zei de vrouw. 'Vreemde dingen gebeuren er wanneer de flesjes gedronken worden.' Vredig sliep de man door, want ook het flessenvrouwtje was maar een droom. Het Bloemenvrouwtje Er was eens een bloemenvrouwtje die heel diep in het bos leefde. Achter haar huis waren de prachtigste bloemenvelden, in de diepte van de wildernis. De vrouw had een bijzondere toversleutel, maar niemand wist waartoe de sleutel diende. Zodra iemand de toversleutel aanraakte, begon degene te branden. Er waren weleens dieven die dat geprobeerd hadden, maar die renden dan gillend van het huis weg, de toversleutel loslatende, want hun handen begonnen te branden. Er was een profetie dat alleen een klein jongetje die bestemd was om koning te worden de toversleutel zou kunnen aanraken zonder daardoor te gaan branden. Vele mannen kwamen aan de deur van het bloemenvrouwtje om hun geluk te beproeven, maar allemaal renden ze gillend weg, hun handen brandende, na het aanraken van de toversleutel. Het bloemenvrouwtje glimlachte dan altijd, haar hoofd schuddende, want zij waren immers mannen, en geen klein jongetje.
306 Online Touch Home