Verderop op het eiland stond een grote kathedraal waar een fee in woonde. Het bleek dat zij de koningin van het eiland was en de maker van alle roofdieren. Grote voedselmachines stonden rondom de kathedraal, en veel snackbar-kraampjes. Maar al het voedsel was levend hier, met armen en benen. De prins had al snel door dat het voedsel er hier heel gelukkig uitzag. Het voedsel is gelukkig, zei Janna de zonnefee, want ze gaan allemaal door toverdeuren heen. Rondom de kathedraal stonden ook allemaal kleurige grote liften, als torens. Samen gingen de prins en Janna in zo’n lift, en al snel hadden ze een groot uitzicht over het eiland. Na een tijdje kwamen ze uit de lift en stapten een grote hal binnen. Hier zat een dik jongetje aan een grote tafel, en een tovenaar stond aan het einde van de tafel, naast zijn troon. Pa, geef me nu mijn voedsel, schreeuwde het dikke jongetje. De tovenaar klapte in zijn handen en direkt kwam er lopend voedsel binnen : lopende pasteitjes, lopende kippepootjes, lopende broodjes, lopende pizas, lopende pannekoeken, lopende puddingkjes en nog veel meer. Ze liepen allemaal de tafel op en het dikke jongetje begon direkt te eten. Meer, pa, zei het dikke jongetje met zijn mond vol. Weer klapte de tovenaar in zijn handen, en weer ging er een deur open waardoor lopend voedsel kwam. Ditmaal was het voedsel veel groter, en de ogen van het dikke jongetje glunderden. Jottems, haha, ik heb honger, zei het dikke jongetje. Dank je, pa. Plotseling veranderde het dikke jongetje in een roofdier en verslond de tovenaar. Dat komt door een toverspiegel, zei Janna de toverfee. Als de zon op zijn hoogste punt is dan gebeuren deze dingen. Ik ruik nog meer vlees, brulde het roofdier. Snel gingen Janna de toverfee en de prins de lift weer in. De zonnefee zei dat elke lift naar zo’n hal leidt waar dikke jongetjes met hun tovenaarsvaders wonen. En dat de koningin van het eiland dat allemaal gemaakt had. Hoe heet die fee, vroeg de prins. Kom, zei de zonnefee, ik laat het je zien. Toen ze weer op de grond waren stapten ze de kathedraal binnen. De fee zat tussen de broodjes. Het is een broodjesfee, zei de zonnefee.
56 Online Touch Home