'Ik wil het niet,' sprak de boze geest. 'Eens werd ik verbannen uit Sinsabijne, het land van de indiaanse vlieg. Ik was vals beschuldigd, en ik werd betoverd in een boze geest. Ik zou alleen mogen terugkomen als ik het land aan deze kant van het ravijn zou vernietigen of een sprookjesbrug zou bouwen over het ravijn.' De oude indiaanse man keek de boze geest met grote ogen aan, terwijl hij weer een klein beetje kon zien. 'Wie bent u dan ?' vroeg hij. 'Ik ben de prins van Sinsabijne,' sprak de boze geest. 'Ik ben onder een grote vloek. Als de keten van de nachtsprookjes verbroken wordt door één nacht over te slaan, dan zal de brug instorten, en het land aan deze kant van het ravijn ten onder gaan.' De oude indiaanse man schudde zijn hoofd. Het was inmiddels nacht geworden, en de man begon te vertellen. Aan het einde van de laatste nacht en het laatste sprookje lag er een prachtige brug over het ravijn, en konden ze beiden het land Sinsabijne binnengaan. De betovering was verbroken, en de prins van Sinsabijne stond voor de oude indiaanse man. Overal vlogen prachtige indiaanse vliegen om hen heen. Ze gingen over de brug om de mensen aan de andere kant van het ravijn te waarschuwen en te roepen, om hen ook over de sprookjesbrug van de indiaanse nachten te laten komen. Maar een heleboel mensen luisterden niet. De sprookjesbrug begon langzaam in het ravijn te zakken. Ook het land waar de oude indiaanse man vandaan kwam begon steeds meer weg te zinken. Nu wilden de mensen wel over de brug rennen, maar ze begonnen steeds meer terug te glijden. De prins van Sinsabijne schudde zijn hoofd. De oude indiaanse man vroeg de prins wat er met zijn sprookjes zou gebeuren. 'Ik weet wel wat,' zei de prins, en klapte in zijn handen. Direct begonnen de brokstukken van de sprookjes uit het ravijn omhoog te komen. Ze waren zo glad dat niemand zich er aan vast kon houden, terwijl ze dat wel probeerden. Weer klapte de prins in zijn handen, en op het Sinsabijnse land begonnen de brokstukken een prachtig paleis te vormen. 'Hier kunnen wij wonen, en allen die de sprookjes hebben liefgehad,' sprak de prins. De oude indiaanse man glimlachte, en ze leefden nog lang en gelukkig.
8 Online Touch Home