72

eens. Zo snel als hij kon rende hij naar het stadsbestuur die er vreemd van opkeken. 'Breng dat vrouwtje hier,' zei het bestuur. Na een tijdje stond het oude vrouwtje op de stoep en toonde hen de spuitbus. Ze spoot even wat in het rond en direct vielen de muizen die op de grond speelden dood neer. 'Maar dat is geweldig,' zei het bestuur. En ze kon direct beginnen. En och, het vrouwtje begon zo te spuiten dat spoedig het hele stadje onder een zwarte walm was, en niemand kon nog iets zien. Het prikte zelfs een beetje in hun ogen. Toen de walm eindelijk na een lange tijd was gezakt waren alle muizen verdwenen, maar tegelijkertijd waren ook alle kinderen verdwenen, en het vrouwtje was in geen velden of wegen te bekennen. 'We zijn bedrogen !' riep het bestuur. En snel waren alle mensen in rep en roer. Waar waren hun kinderen ? En waar was het vrouwtje, want zij moest wel een heel erg gemene heks zijn. Ver weg hoog in een gebouw waren de kinderen ondergebracht. Ze lagen allemaal doodziek in bedden, en het oude vrouwtje liep schreeuwend langs de bedden. 'Zo, nietsnutten, als jullie straks weer beter zijn, dan zal ik jullie eens leren wat werken is.' En toen de kinderen weer beter waren moesten ze hard werken voor de heks, voornamelijk in de vele keukens die ze had. De kinderen moesten veel brood bakken. Het brood was wel erg lekker, en ze kregen er zoveel van als ze wilden, maar de kinderen leden erg onder het bewind van deze vrouw. Het was er zo erg dat veel kinderen het niet meer konden uithouden. 'Oh, die oude heks,' zei een jongetje, 'ik kan haar wel wat aandoen.' 'We moeten gewoon ontsnappen,' zei een meisje. 'Ja, maar hoe ?' vroegen twee andere meisjes. Het gebouw was overal potdicht. 'Gewoon wachten totdat ze slaapt, en dan haar kamer doorzoeken of daar iets is, een sleutel ofzo voor iets,' zei een wat ouder meisje. Dat vonden de meisjes wel een goed idee. En toen de oude heks sliep slopen ze stilletjes naar haar kamer. Ze zochten in alle laden, maar konden niets vinden. Maar even later vond één van de meisjes iets onder een lamp. Het was inderdaad een sleutel. Stilletjes slopen de meisjes weer uit de kamer, waar andere meisjes hen opwachtten. 'Hebben jullie wat gevonden ?' vroegen ze. En al gauw werd de sleutel getoond, en een glimlach van verlichting kwam op hun gezichten. Er was een deur die naar een grot leidde, en daar paste de sleutel op. Alle kinderen werden opgetrommeld, en de uittocht zou beginnen. Het waren een heleboel kinderen. In de grot was een andere grote deur, bestaande uit twee deuren die tezamen één deur vormden. Beide deuren hadden een gouden roos op hen. Al snel klopten de kinderen op de deur. Een dwerg deed open. 'Welkom in het rijk van dwerg Tirolijn,' zei de dwerg. Ze kwamen in een grote zaal, en in het midden zat een grote reus van metaal. Er was een balkon rondom de reus waarop de kinderen stonden. 'Dit is reus Droomzaad,' zei de dwerg. 'Waar is dat voor ?' vroeg een meisje. 'Wel,' zei de dwerg, 'reus Droomzaad is de vriend van ieder kind, en beschermt hen tegen de heks.' Reus Droomzaad nam de kinderen mee naar

73 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication