73

een kasteel in het rijk van dwerg Tirolijn, waar ze konden wonen. De kinderen waren erg blij met het kasteel. Het was een erg groot kasteel met vele kamers. Er woonde al een meisje in het kasteel, die reus Droomzaad een tijdje geleden had gered uit de klauwen van de heks. Framboosje heette het meisje. Ze was heel lief, en ze was bijna helemaal van snoep gemaakt. De kinderen behandelden Framboosje als een prinses, en waren al erg snel dol op haar. Maar op een nacht was het weer helemaal mis. De heks met haar vleermuizen viel het kasteel aan. Ze wilde de kinderen terug. De lucht was vol met grote vleermuizen die een hels kabaal maakten, en ze probeerden ingangen in het kasteel te maken door ruiten in the slaan. De kinderen waren met schrik geslagen, maar reus Droomzaad vertelde hen dat ze over de toversnoep-rivier achter het kasteel moesten zwemmen terwijl hij de heks met de vleermuizen zou tegenhouden. Over de toversnoep-rivier zou zijn broer, reus Snoepzaad, wonen, waar de kinderen veilig zouden zijn. De kinderen renden naar de toversnoep-rivier achter het kasteel zo hard als ze konden, en doken toen in de rivier waar ze zo snel mogelijk probeerden te zwemmen. Reus Droomzaad deed goed werk, maar er waren zoveel vleermuizen dat hij er velen niet kon tegenhouden. Die gingen achter de kinderen in de toversnoep-rivier aan, maar reus Snoepzaad kwam hen al tegemoet. Framboosje riep naar reus Snoepzaad dat reus Droomzaad zijn hulp nodig had tegen de heks. Snel zwom reus Snoepzaad naar de overkant, naar zijn broer, terwijl hij de vleermuizen terugdreef. Reus Snoepzaad kon vuurspuwen, en al snel verkoolden de vleermuizen, en de heks moest maken dat ze wegkwam. Hier kon ze niet tegenop. De kinderen waren inmiddels veilig achter de toversnoep-rivier. Een andere reus kwam bij de kinderen staan. Het was reus Toverzaad, een andere broer van reus Droomzaad. 'Het lijkt erop dat het kasteel een wat betere bewaking nodig heeft,' zei reus Toverzaad. 'Het lijkt mij een goed idee dat reus Snoepzaad en ik vanaf nu onze broer gaan helpen met de bewaking.' Hij nam alle kinderen in zijn jas, en zwom met hen naar het kasteel. De kinderen voelden zich nu wel een stuk veiliger nu er drie reuzen waren om het kasteel te bewaken, en mocht het uit de hand lopen dan konden ze weer de toversnoep-rivier over. Het leek erop dat het nu wel goedging. De drie reuzen konden goed met elkaar overweg, en vormden een uitstekende bewaking. De Betoverde Hof Ze klommen over de muur, en keken recht in het vuur, het roze was betoverend, de rozen zo dromerig, als in een tovertuin. Wat was hier gaande ? Niemand wist het, ze staarden maar. De muur begon heet te worden, en ze

74 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication