Hoofdstuk 58. de mijnen van filippi Zitten wij niet helemaal tot onze nek in het christelijke ? Het lijkt wel op elke hoek van de straat in je gezicht gesmeerd te worden. We spreken daarom ook van de christelijke bezetting. Het Westen is grotendeels christelijk. Je kunt de bijbelteksten die telkens om je oren vliegen wel bijna dromen. Het wordt kinderen met de paplepel ingegoten, en het is heel dubbel. Maar hoe hieraan te ontkomen ? Het eerste antwoord is dan de Egyptische wortels die een ander inzicht geven. Het zijn namelijk geroofde Egyptische schatten. De mens is omringd door psycho-matadoren, oftewel psychodoren die telkens weer het psyche van de mens proberen te bedriegen en te doorsteken. Als antwoord hierop moeten wij in de bijbelverzen van het NT gaten boren helemaal terug tot het Egyptische fundament, als mijnwerkers. Zo kan de mens terug tot de Afrikaanse en amazone natuurbronnen. Het oorspronkelijke Egyptische NT is zo een poort terug tot het oer en het buitenaardse oer. Ook is het een sleutel tot de rode planeet, de Vur en de Bilha. Filippenzen 1:6 - Hiervan toch ben ik ten volle overtuigd, dat wat in u een goed werk is begonnen, dit ten einde toe zal voortzetten. In het Aramees staat er dat alles op de juiste plaats zal komen. Het is een werk van ordening (slm). Voleindigen (menkh-t, menq) is in het Egyptisch een touw, of de godin van de touwen, ook voorgesteld als slangen, Menqit, als beeld van de heilige gebondenheid. Vandaar dat het rode touw in het OT een beeld van redding was, en ook de slang in de wildernis die Mozes opstelde. Als qem, een ander Egyptisch woord voor voleindiging, betekent het het openen van de zintuigen (qemh). De voleindiging is ook het terugkeren tot de tuin (kam). Ook is de voleindiging de heilige gevangenschap (tchera). Op een vreemde manier beeldde Paulus dus al de voleindiging uit in de gevangenschap. Ook Eden was een gesloten plaats, een tuin met een omheining. 1:7 - Zo van u allen te denken spreekt voor mij dan ook vanzelf, omdat ik u op het hart draag, daar gij allen, zowel bij mijn gevangenschap als bij mijn verdediging en bevestiging van de waarheid van het evangelie, deelgenoten zijt van de mij verleende tucht tot volmaaktheid. Laten we beseffen dat als we in gevangenschap leven dat we dan al bezig zijn met de voleindiging, omdat dit allemaal symbolisch is voor de heilige gevangenschap. 1:8 - God toch is mijn getuige, hoezeer ik met ontferming naar u allen verlang.
455 Online Touch Home