Eenzaamheid en afzondering is iets symbolisch. Je kan niet in een hutje op de hei gaan wonen waar je niemand meer tegenkomt. Je kunt niet alles achter je laten om in het oerwoud van het Amazone gebied te gaan wonen. Dat is vragen om problemen, en dat wordt niet van de mens gevraagd. Daarom stelt het artikel ook : Jerem. 4:5-6: 'Boodschapt in Juda, laat horen in Jeruzalem en zegt: Blaast de bazuin in het land, roept luidkeels en zegt: Verzamelt u en laat ons in de versterkte steden gaan. Steekt omhoog het signaal: naar Sion. Bergt u, blijft niet staan. Want onheil breng Ik uit het Noorden een groot verderf.' Johannes de Doper leefde dan wel in de wildernis, maar hij riep de mens ook, hij waarschuwde de mens. Hij ging niet met pensioen in de wildernis. Ook de profeten van het OT bleven een bepaald contact met de mensen houden. Ze hadden geen smetvrees. De stad is ook de wildernis. De medemens is ook de wildernis. Er ligt ook een opdracht, alhoewel er seizoenen kunnen zijn waarin je echt even helemaal tot rust moet komen van alles. Het artikel laat een duidelijke balans zien, en stelt daarom aan het einde ook : Jerem. 15:17 'Ik heb niet gezeten in een kring van lachers, om uitgelaten te zijn ; door Uw Hand was ik eenzaam neergezeten, want Gij had mij met gramschap gevuld.' Jerem. 6:13-15 'Van profeet tot priester plegen zij bedrog. Zij trachten de breuk van Mijn volk op het lichts te genezen door te zeggen: vrede, vrede, terwijl er geen vrede is. Zij worden te schande, omdat zij gruwel bedreven hebben ; toch schamen zij zich in het minst niet, toch weten zij niet van blozen. Daarom zullen zij vallen onder de vallenden ; ten tijde dat Ik aan hen bezoeking doe, zullen zij struikelen, zegt de Heere.' Jerem. 12:6-7 'Zelfs uw broeders in het huis vaders, zelfs zij zijn trouweloos jegens u, zelfs zij roepen u luidkeels na ; vertrouw hen niet, wanneer zij vriendelijk tot u spreken. Ik heb Mijn huis verlaten, Mijn erfdeel verworpen. Ik heb Mijn ziels-geliefde gegeven in de greep van haar vijanden.' Het artikel zegt hierover : 'Dit is de uitstorting van Gog en dit is nu, in de eindtijd, gaande in de kerk over de gehele wereld. Gog is een zware geest, één van de opper-machten van het gehele rijk der duisternis. En hij doet zich voor als de Heilige Kennis, om de mens te pakken te nemen. Laten we niet onwetend blijven over het feit dat de vijand alles van de Heilige Kennis zo meesterlijk kan nabootsen. Deze imitaties worden allemaal zó deskundig op touw gezet, dat het net echt lijkt. De vijand was vroeger zèlf een engel van God, waardoor hij dus Gods Werken en Geheimenissen van dichtbij kon bekijken en zelfs kon uitvoeren. Hij kent God's Opbouw en Structuren als bijna geen ander.' In I Samuel 15 zien we Agag, gg, oftewel Gog, aan zijn einde komen : 32Toen zeide Samuël: Breng Agag, de koning van Amalek, bij mij. Welgemoed ging Agag naar hem toe, want hij zeide: Voorwaar, de bitterheid van de dood is geweken. 33Maar Samuël zeide: Zoals
18 Online Touch Home