334

je het nog verkeerd interpreteren. Daarom was Schopenhauer pessimistisch. In plaats van zomaar te vertrouwen moest de mens op zoek gaan naar de hogere contexten die antwoorden zouden geven, maar dan nog moest je op je hoede zijn. Je mocht niet blijven steken, maar je moest dan verder gaan naar de nog hogere contexten. Op de lagere aardes stond alles op zichzelf, maar in de hogere contexten zou alles meer op zijn plaats vallen, als op de Jakobs ladder. Het was dus een pionierend pessimisme die niet zomaar genoegen nam met het eerste het beste. De wereld bestond dus uit losgeslagen delen die waren verwilderd, en daarom was het zo'n zootje. De kunst zou het weer tezamen moeten brengen, en dan zou alles nieuwe richting krijgen. Daardoor zou de keten van de wil gebroken worden, wat ook weer onderdeel is van de Egyptische metaforische filosofie, waarin de krokodil de verstrooide delen van Osiris weer bij elkaar moest terugbrengen (met hulp van Isis en Nephthys). Schopenhauer gaf twee sleutels : ascese en kunst, om zo een nieuwe wereld te scheppen, en een nieuw zicht op de wereld. Hij was dus net als Nietzsche niet totaal pessimistisch, maar meer semi-pessimistisch. De mens moet steeds beseffen dat hij in een vreemde wereld is, in ballingschap, en dat het niets vertrouwds is en ook niet te vertrouwen. De mens is ver, ver weg van de bron, die overigens ook vreemd is. Het bekende zou de mens de nekslag geven, want dan dut de mens in. Daarom moet de mens het vreemdelingen besef ontwikkelen. Niets is zomaar logisch of vanzelfsprekend. Dat gedrag is de mens allemaal aangeleerd. De mens is tam gemaakt in zijn kooi. De mens is geconditioneerd door eindeloze proeven. Maar Schopenhauer stelt : alles is even vreemd. Denk niet dat jouw situatie normaler is dan die van een ander. Alles waarvan je denkt dat het normaal is is vreemd, en zeer problematisch. Wat denk je dat er gaande is ? Heb je wel goed door waar je bent ? Het is allemaal vreemd. Het is allemaal gevaarlijk. Als je dat gaat beseffen, dan kun je ook weer op je hoede zijn. Waakzaam blijven, en op dat fundament ook weer verder ontwaken. 'Ah, een vertrouwd gezicht,' zegt de wilszuchtige naïef. Nee, dat vertrouwde is slechts aangeleerd. Het is vreemd. Vertrouwen heeft vele gezichten om de mens ermee te bedonderen. Telkens weer komt het met andere koppen tot ons van de democratie, en als de mens die koppen denkt te kennen, dat het vertrouwd en bekend is, dan vergist de mens zich zeer. De mens laat zich graag bedonderen. Altijd maar weer. 'Ha, heb je hem ook weer,' zegt de wilszuchtige onnozele naïeveling, niet verhinderd door enige kennis. Nee, het is vreemd. Je kent het niet. Je weet niet wat het is. Je wordt bedonderd waar je bijstaat. Vertrouwen komt met vele gezichten, telkens weer. 'Ah gezellig,' zegt de wilszuchtige mens. Dat moeten we nog maar afwachten. Glazen heffen op oudejaarsavond met vrienden ? Wie zegt dat het je vrienden zijn ? Het zijn vreemden, potentiele vijanden, potentieel onderdeel van het complot. Wie gaat er breeduit lachen en vrolijk doen als zijn vriend aan de alcohol is ? De kussen van de vijand zijn overvloedig. Schopenhauer had zijn vinger in de lucht gestoken als de dreigende en waarschuwende Duitse Noach. Er zou een zondvloed komen van de losgeslagen wil van de mensheid. Die zondvloed is dan ook gekomen. Zijn we in het schip of hangen we er buiten ?

335 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication