422

Hoofdstuk 3. Volwassenen, blinde volgelingen van de heks Hij weet helemaal niet wat het betekent. Hij draait er wat aan, en dan maakt hij er een touwtje aan en laat hij het helemaal doorgaan naar de andere kant, en maakt het touwtje daar dan ook vast, maar hij weet niet wat het betekent. En dan doet hij nog wat dingen, haalt hij er van alles bij, en maakt het aan elkaar vast. Hij weet niet wat het betekent, maar achteraf ziet het er toch wel functioneel uit. Je weet niet wat het is verder, maar hij heeft er toch wat moois van gemaakt. Zo zijn kinderen. Ze doen dingen die ze niet begrijpen, en die wij niet begrijpen. Zij zijn van een andere wereld. Hij draait eraan, maar weet niet wat het is. Toch stijgt het ding dan even later op en je weet niet hoe hij het gedaan heeft. Dat zijn kinderen, onnavolgbaar, maar het is toch functioneel. Zij kunnen dat soort dingen nog, dat is nog ingebouwd. Volwassenen kunnen dat niet. Waren de mensen allemaal maar kinderen, maar nee, de heks is gekomen. De heks draaide alles om, gaf alles een naam, en de mens weet het niet meer. Zelfs de kinderen weten het niet, maar ze kunnen het nog wel. Misschien dat het later nog allemaal goedkomt ? Ik kijk ernaar en hij heeft het goed gemaakt. Maar niemand weet wat het is, ook hij niet. Hij doet het gewoon. Het is ingebouwd. Ze dragen nog veel met zich mee van de andere wereld, de diepere wereld. Nee, de volwassenen kunnen het niet. De heks kwam. Volwassenen, blinde volgelingen van de heks. Alleen het kind heeft de sleutel, het kind in jou en mij.

423 Online Touch Home


You need flash player to view this online publication